Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 juni 2025
Maar reeds half ingeslapen, zagen zij elkander niet. Toen legde Katelijne het hoofd van het meisje in Uilenspiegels arm en zijne hand op heur hert. En zoo bleven zij naast malkander liggen. Het scheen hun beiden, dat hunne elkander rakende lichamen de zachte warmte hadden van de zonne, in de maand van de rozen.
Juliaan maakte zoo jacht op reiger en wouw, op kraaien en gieren. Hij hield er van, in den horen te stooten en zijn honden te volgen, die de heuvels op renden, over beken sprongen, van bosch naar bosch draafden; als het hert begon te sterven onder de wreede beten, sloeg hij het behendig neer.
Nu, kapitein en trouwe vriend, ik durf het u zeggen: ik vreet mij het hert op, ik eet niet; ik, die voor de rust ben, die niet geerne moord, tenzij een malsche gansch, een vet kieken, een smakelijken kalkoen; ik volg u in de vermoeienissen des oorlogs. Zie gindsche lichten, 't zijn die eener rijke hoeve, goed voorzien van groot en klein vee. Weet gij wie daar woont?
Het gras stond stil in den lagen avonddamp, de populieren stonden stil, het water en het licht. Het leek, alsof de tijd aan 't wachten was om voort te gaan. 't Deed vreemd aan 't hert. Maar achter een lange, magere root klepperboomen op den veldbuik hief in dezen vollen vrede de dikke roode maan zich op. 't Was alsof ineens de wereld grooter werd en met een nieuw, kinderlijk geluk omhangen.
Gelijk als aan een keten De leeuw gesloten staat, dien zijne meester viert Niet langer dan hij wil, zoo wordt van God bestierd 't Voornemen des tirans, die niet en kan volbrengen Dan 'tgene God hem zal toelaten en gehengen; Zijn voornemen heeft God ten uiterste beperkt, Die door veel middelen voorzieniglijken werkt: Den prins van Sinear, den Nemrot, dacht tirannig Met zijnen scepter wel te trotsen wederspannig Het blaauwe firmament, eilasen! maar zijn hert Rees, eer het groot gebouw, tot boven in 't gestert' , En werd van schaamte rood, toen 't Babylons gestamer Leem, kalk, voor steenen bracht, de truffel voor den hamer; Zijn willen hing aan God, gelijk 't hier merk'lijk bleek.
De olifant, het nijlpaard, de rhinoceros, het hert, het paard, de wilde kat, de wilde hond, de wolf, de beer, de hyena, de tijger, de leeuw, in één woord de tegenwoordige geslachten, tijdgenooten van de menschheid, bestaan reeds in de natuur, te midden van eenen plantengroei, die overeenkomt met dien welke thans de aarde bedekt.
Actaeon, Aktaion, zoon van Aristaeus en Autonoë, werd door Chiron in de jacht onderwezen, waarvan hij zulk een groot minnaar was, dat hij 50 honden hield. Hij werd, omdat hij Artemis met hare nimfen bespied had, terwijl zij zich in het dal Gargaphia bij Plataeae baadden, door de vertoornde godin in een hert veranderd, waarop hij door zijn eigen honden verscheurd werd.
Doe magde ze bein en kêrde ze den diek euver noa den alde Stroalse wêg, op de hakke gezête, wie ze meinde, door allerlei buës gespuus, woatêge einen heizig niks vermaag. En neet veur det ze de töp van Besjes hoeëg linde in 't verscheet krege, veel eur de de schrik van et hert en doe vroog de knech: "baas, wê hebbe we gezeen?
Uit medelijden liet Satan hem begaan. Dan zag ik die Heilige Maagd, die Klaas naar het hoogste des hemelrijks leidde, daar waar de sterren met trossen aan 't gewelf hangen. En daar waschten de engelen hem, tot dat hij schoon en jong was. En zij gaven hem rijstpap met zilveren lepels. En de hemel sloot zich." Hij is in den hemel, sprak de weduwe. De assche klopt op mijn hert, zei Uilenspiegel.
Tegenwoordig is de gelegenheid voor dit edele vermaak reeds zeer schaarsch geworden; de meeste der thans bestaande beroepsjagers hebben nog nooit een Hert geschoten: dit wild blijft voor voornamere heeren bewaard.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek