Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 22 juni 2025
Ik val neer op een vuilen ijzeren krib; mijn mooie jas kreukt.... Een handvol cigaretten geef ik om mij heen. Zwarte, vuile handen zijn gretig naar mij uitgestrekt. Ik geef nòg meer cigaretten... mijn koker is leeg... er is er geen meer over voor mij-zelf. Dan steekt een der groezelige handen mij een sigaret toe. »Hier, je heb' er zelf geen meer over!« Ik kijk verbaasd op.
Een dikke meid kwam uit de open staldeur, 't gezicht verhit, de haren slorsig in verwarde trensen om het voorhoofd en de slapen, met opgeschorte, groezelige rokken en rooddikke, bloote armen onder opgestropte mouwen. Wa es er, bezinne?" riep zij. Hé-je hoast gedoan mee melken?" vroeg Cordúla. Tusschen dit en tien menuten!" antwoordde de meid.
En ik vind bloemen en levensteekenen in overvloed op hunne oogenschijnlijk dierlijk-dom-snurkende gelaten. Ik zie lijden en verlangen om hunne in den slaap half geopende monden; ik hoor verlangen en streven in hunne onbeheerscht-natuurlijke ademhaling: en hunne vuile soldatenhanden, die slap rusten op de groezelige dekens, zijn vol verrassende karaktertrekken.
En de bergen weenden, als ijle roerlooze spoken, somber droevig en tragisch onder eene ontzachelijke, bovenmenschelijke smart: een leed van reuzen en azen; het fjord, met zijn stadje, wat groezelige vlakjes van dakjes en huizen, en het vaalwitte châlet van het Grand-Hôtel het weende, roerloos onder de zwarte afspiegeling van de lucht: eene spectrale kilheid rees uit de kom van het fjord op naar die drie menschen in de hoogte, niets, verloren in het tastbare waas van den nevel, die zwaar op hunne oogleden zonk.
En nu gaat de werkbij een groezelige vlek op haar karakter vertoonen, die kwalijk past bij de fijne schakeeringen en de groote hoedanigheden van haar geest, die haar zoo terecht beroemd maakten. En dat zij niet absoluut volmaakt, niet in alle opzichten te bewonderen is, dat heeft haar juist die groote liefde bezorgd, welke de harten van hen bevangt, die haar door en door kennen.
Barbaren! bromde en foeterde de generaal met van verontwaardiging trillende snor. Maar hij werd ongeduldig en keek weer naar de groezelige herberg om. Koetsier! Koetsier! riep hij gebiedend. Luide, kijverige bralstemmen klonken daarbinnen, alsof er een gevecht ontstond.
Toch dwalen zijn blikken, als van zelf weer omlaag, links en rechts rond spiedend, als hij, de cornet sierlijk in de hoogte stekend, met diep gevoel de laatste maten begint: Du bist mir nah und doch so fern, Du liebes Aug'.... "Muziekantje! d'r komt 'n smeris an in de straat," roept eensklaps een klein jongetje, dat met zijn groezelige handen op de rug staat te genieten van de mooie muziek.
Freiherr von Hattersdorff zu Wiesenbrück was met een tamelijk goed pensioen en een aanmerkelijke hoeveelheid heupjicht uit den Pruissischen krijgsdienst getreden en logeerde met zijn corpulente „Frau Gemahlin” en zijn „Fräulein Tochter,” een spichtige, achtentwintigjarige, groezelige blondine, met de bevallige vormen eener asperge, sedert eenige weken te Wiesbaden, om daar, indien mogelijk, zooal niet genezing, dan toch verlichting voor zijn pijnlijke kwaal te vinden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek