United States or Åland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Eerst later, hoewel altijd nog vroeg genoeg, "want geene vrouw kan te voorzigtig zijn met hare bekentenissen," doorzag hij Emma's geveinsdheid en leerde hij de kracht bewonderen van een gevoel, dat liever levend begraven zou willen worden dan zichzelf verraden.

Zuster Perpetua was een zeer sterke religieuse uit Marines bij Pontoise, die haar patois rammelde, haar gebeden prevelde, drukte maakte, suiker in de dranken deed naar gelang van de bigotheid of geveinsdheid van den lijder, barsch met de zieken, ruw met de stervenden, wien zij God bijna in 't gezicht wierp, terwijl ze den zieltogende schier met toornige gebeden verpletterde; overigens moedig, eerlijk en roodharig.

Hij was in zijn negen en twintigste jaar; in zijne grijze oogen las men bittere droefgeestigheid, woeste geveinsdheid en wreedaardige vastberadenheid. Koud was zijn aangezicht, stijf zijn hoofd met vaalrood haar, alsmede zijn mager lichaam en zijne schrale beenen. Langzaam en slijmerig sprak hij, alsof hij wolle in den mond had.

Dat zijn de Turken der nieuwere school: zij hebben al de gebreken en ondeugden hunner voorgangers, maar missen dezer oprechtheid; met den nieuwerwetschen rok en pantalon, hebben zij tevens de ondeugden van leugen en geveinsdheid aangenomen.

Welke gebreken Lewin ook mochten aankleven, van geveinsdheid was bij hem geen spoor, en derhalve betoonden de kinderen hem ook dadelijk dezelfde vriendschap, die zij in het gelaat hunner moeder bespeurden. Op zijn uitnoodiging sprongen de oudsten uit het rijtuig en liepen met hem zoo vertrouwelijk voort als met hun moeder. Ook Lili wilde bij hem zijn en de moeder reikte ze hem toe.

Zij kwam tot het besef, hoe zwaar het was, zich zonder geveinsdheid en pronkerij op de hoogte te handhaven, waartoe zij getracht had zich te verheffen; het kwam haar nu voor, dat deze wereld van kommer, van zieken en stervenden, waarin zij hier geleefd had, beangstigend en nederdrukkend was; en de inspanning, die zij had aangewend om die wereld lief te hebben, kwam haar nu kwellend en pijnlijk voor; zij verlangde van hier weg te komen, op reis te zijn, snel voorwaarts in de frissche lucht, terug naar Rusland, naar Klekotok, waarheen ook Dolly met haar kinderen, zooals zij uit haar brieven wist, was verhuisd.

"Ik ben eene slechte, een verloren vrouw," dacht zij; "maar ik houd niet van geveinsdheid en aan hem is alles veinzerij. Hij weet en ziet alles; welk een gevoel heeft hij dan toch, dat hij nu daar zoo kalm kan staan praten? Als hij mij of Wronsky wilde dooden, zou ik hem nog achten. Maar neen, hij kent niets dan welvoegelijkheid en huichelarij."

Zoo b.v.: lach niet te veel; lach ook niet in u zelven, want dat is een teeken van boosheid en geveinsdheid; spreek niet minachtend over vrouwen; zit gij in gezelschap van uwen meerdere, sla dan het eene been niet over het ander; moet gij slapen in één bed met uw gelijke of uw meerdere, vraag hem dan aan welken kant hij wil liggen.

Of: hebben de vorsten en edelen ernst gezien in al de bizarre fantazie en vertooning, waarmee zij hun ridderlijke krijgsplannen en geloften aankleedden? Het is uiterst moeilijk, om ten opzichte van de middeleeuwsche gedachte de grenzen tusschen overtuiging en geveinsdheid, tusschen ernst en spel zuiver te trekken. Soms schijnt alles geveinsd, soms schijnt alles naïef gemeend.

Waarom kwellen wij allen ons?" "Slechts hij niet. Ken ik dan deze geveinsdheid niet, waarvan hij geheel doortrokken is? Kan een man, die slechts eenig gevoel bezit, leven met een vrouw, zooals ik voor hem ben? Kan men met haar spreken op welwillenden toon? Neen, dat is geen man, geen mensch, maar slechts een pop. Buiten mij weet dat niemand.