Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 4 mei 2025
Deze Willem Frederik, Graaf van Nassau en de zoon van den Frieschen Stadhouder Ernst Casimir, was sedert ruim vier jaren gehuwd met 's Prinsen tante Albertina Agnes, zijns vaders zuster, en door dat huwelijk zijn oom geworden. Eenvoudig maar sierlijk was de kleeding van den Prins.
Hij had genoeg gezien, om te begrijpen, dat, zoo al de Friezen halsstarrig bleven weigeren zich aan Graaf te onderwerpen, deze, even hardnekkig als zij, op die onderwerping zou blijven staan, en dat derhalve vroeg of laat een oorlog hiervan het gevolg zou zijn: en wanneer hij dan de ontzettende macht, die de Graaf te velde kon brengen, met de geringe verdedigingsmiddelen, welke Friesland daartegenover kon stellen, de geoefendheid en krijgstucht van Willems legerschaar met den ongeordenden staat des Frieschen volks, de éénheid, die den aanval zou besturen, met de verdeeldheid, die bij de verdedigers heerschte, vergeleek, dan achtte hij, dat een wonderwerk alleen Friesland voor een wissen val behoeden kon.
De in Holland voorkomende geslachtsnaam Japikse heeft ook half en half een friesch voorkomen, in zoo verre Japik heden ten dage een meest friesche verbastering is van den naam Jacob, en men by dezen naam als van zelven aan den naam van den grooten frieschen dichter Gysbert Japicx denkt.
Hoewel langs de Friesche en Noordhollandsche kusten benoorden den afsluitdijk geene verhooging van de stormvloedhoogten, als gevolg van de afsluiting, is te verwachten, zoo werd toch door de Staatscommissie eenige verhooging van den Frieschen zeedijk benoorden Piaam en van den Balgdijk in Noordholland, ter geruststelling van belanghebbenden, wenschelijk geacht.
In Westendorp's Kronyk wordt verhaald, dat de gevlugte reuzen, bij hunne aankomst aan den Frieschen wal, onvermoeds door de ingezetenen des lands verdreven zijn, de Maas zijn opgevaren en Slavenburg hebben gesticht. Zoodat volgens dit verhaal dan reeds het land bevolkt was . Deze overlevering schijnt op de Kelten, de oudste bewoners van Brittannien te slaan.
V der Voorrede van het Stamboek van den Frieschen Adel, der Heeren Hettema en van Halmael. Aant. 12, op bladz. 98. De Schieringers en Vetkoopers. Over den aard en oorsprong dezer Partijschappen is veel geschreven, zonder dat echter iemand in staat was, daarvan zekere en naauwkeurige berigten te kunnen mededeelen.
Reeds op zeventienjarigen ouderdom woonde hij den slag van Senef bij, en was, »ook in het dreigendst levensgevaar, onafscheidelijk aan de zijde van den jeugdigen Opperbevelhebber WILLEM III, waardoor hij zich waardig toonde de spruit te zijn, in wie de edelaardigheid der telgen van ORANJE op den Frieschen stam was overgeplant."
Aldus verklaart men de gewoonte, den top van sommige boomen in haanvorm te knippen; zoo verklaart men ook het haantje op den toren, naderhand met de verloochening van Petrus in verband gebracht, of ook uitgelegd als symbool der waakzaamheid en der verrijzenis. Het is dus zeer waarschijnlijk, dat de zwaan, als Friesch stamdier, op Frieschen bodem den haan op de Palmpaasch verdrongen heeft.
Al zijn wendingen en manieren waren edel en welgepast: zijn taal was altijd kiesch, ofschoon gepaard met die vrije rondborstigheid, welke bij de meesten zijner landgenooten in boersche plompheid ontaardde: en schoon hij den Frieschen tongval bezigde, kon men aan zijn wijze van zich uit te drukken al ras gewaarworden, dat hij ook andere landen bezocht had, en in hun talen geen vreemdeling was.
"Gij moet recht voor u uitrijden," vervolgde een hunner in zijn Frieschen tongval: "en dan over de hoeve van Jouke Wybes heen: en dan links houden: en dan langs de schutting tot gij aan een ouden boom komt, en dan rechtuit: en dan...."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek