United States or Republic of the Congo ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ze drilden, dicht bij mekaar gedrongen. Vere, grooter en breeder dan Francine, leidde den gang. Francine hing aan haar arm. De blijde lentezon viel van de daken, plaste op de grijze steenen, flikkerde tegen de ruiten.

Ze was weer in 't gewoel van de haastige menschen, ze taakte weer het drukke werk van al die dravende lijven, en, hoe onzeker ook, ze genoot de luchtige vrijheid lijk overrijd. Maar gauw drilden hare voeten, al slaande tegen hare rokken, en ze beluisterde den slag, hem gauwer aanzettend, om gauwer ginder te zijn.

Een korte wijle zweeg 't getier Der uitgelaten rei van wilden, Die in een laaije zee van vier De spietsen, die hun vingers drilden, Nu dompelden ten gloênden doop, En fluks in vogelvluggen loop Die midden uit de vlammen tilden.

't Gedruisch van de stad en 't geharrewar van menschen en sjeezen, de klaterende straling der lichten en 't zware geluchte, dat hier te wegen hing tusschen de hooge muren, 't hitste allemaal meer en meer de hevige jeukte hunner lusten Ze drilden nevenseen, geen onwegen zoekend om ongemerkt te worden, zonder geduld en zonder mate. Ze keken niet op naar mekaar....

Ze hijgde, en kuste, bij vlagen van zenuwachtigheid, Vere die knikte met dikke, ernstige tranen in hare oogen. Kom .... kom .... och kom! Geen verzet baatte. Vere dacht dat Francine op straat redelijk en kalm zou worden, en ze riep Mariëtte. Ze kleedden zich aan in allerhaast, speldden de groote zwarte vool vast aan hun hoed en drilden koortsig langs de huizen. Mariëtte volgde.

Ze drilden met het waterken mee en bleven altemets neerhurken, waar de oevers breeder werden en een schoone partije lischriet heen en omme waaide onder de aaiing van een heimelijken wind. Wordt ge moe, lieve? Wat zou ik! Ze staarden naar het spel van de zonne langs de klein-klotsende golfjes en hoe daarover meteen een spinnekobbe langebeende, patjinkel-patjokkel, op al haar grootste gemak.

Op groeiden Jarl's zonen; Zij temden paarden, Bogen schilden Gladden pijlen, Drilden speren, Maar Kon, de jongste, Wist de runen Eeuw'ge runen En levensrunen. Rigsmál. De vlugge god. Een andere zoon van Odin was Hermod, zijn speciale dienaar, een schitterende en schoone jonge god, die begaafd was met groote snelheid van beweging en daarom als de snelle of vlugge god werd aangeduid.

Ik heb ze waarlijk gestreeld, alsof hij 't nog voelen kon. Ik heb hem op de bank nedergeleid. En ik heb zijne groote oogen toegedaan, die zoo verre keken, verder dan den muur, Antoon, verder dan den muur of den toog, mijn goede Antoon.... De heete koffie had ons opgeknapt, maar we vertrokken beladen met iets als een groot pak. Niet haastig drilden we de Lage Stad af.