Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 juni 2025


In zijn kamer.... De Keizerin, Domitilla, Fabulla hebben zich in haar kamers opgesloten. Ik blijf hier, Crispina.... Hier?? Het is mij hier veiliger. Als hij mij ontbieden laat, moeten zij mij zoeken en kan ik vluchten. Als hij mij nièt ontbieden laat, ga ik hem morgen begroeten, omdat er d

Fabulla.... De vriendin van Nigrina, diè is.... Ja, die is.... Sst! Domitia's nicht, Fabulla, zie je? Wel een mooie meid, ? Domitilla is mager, ? Gek

Zij zetten zich op hare zetels; het Tribunaal vulde zich achter met de lijfeigenen, met de slavinnen der Keizerin. En men wees elkander, tusschen de in suffibulum omhuifde hoofden der Vestalen, de hoog rond opgekapte kruldiademen van Domitia, Domitilla, van Crispina en Fabulla, die haardracht door de gestorvene Julia, Titus' dochter, kort geleden nog in de mode gebracht.

De Keizer, na een gril, die geen twee nachten geduurd had, zag niet naar haar om, sprak zelfs niet tegen haar meer.... Domitia behandelde haar soms als een slavin.... Domitilla, 's Keizers zusterkind, eveneens.... Als zij Nigrina niet had gehad en de nieuwe emotie der vriendinne-passie, had zij nièts gehad van levensbelang in dat duffe, doffe bestaan, met die dreiging steeds boven aller hoofden van des Keizers plotse ongenade.... De Suburra, de kroegen, de bordeelen, Nilus' taveerne, dat alles had Nigrina haar geopenbaard.

Jawel, dacht hij: de Keizerin, die met Pâris.... En die magere Domitilla, van wier moeder Priscus en Verus, de gladiatoren, hadden verteld, en Fabulla, die eerst zijn rollen had willen.... en nu Christin woû.... En dan die moeder van Cecilianus en van hem: Crispina.... en Earinus.... Hij naderde Earinus, knielde, kuste Earinus de handen. Kom, beval weder Parthenius.

De Keizer is gek! fluisterriep Domitia. Hij doet als een bezetene: hij loopt de lange spiegelgalerij af, heen en weêr en ziet in iederen spiegelsteen om, of niet iemand hem volgt.... Wij durven niet in het Palatium blijven, zei Domitilla, bevende. Wij hebben om een hoek gekeken, in de spiegelgalerij.... O, die galerij, die krankzinnigheid! Overal die weêrkaatsing van je eigen beeld!

Ja, kijk maar! riep Colosseros, uit de hoogte en verte Fabulla's blik ontmoetend. "Hadt je me maar"; ?! Zeg tot zijn makkers ; te rouwen om Nigrina schijnt ze niet.... Kijk, ze lacht! Fabulla, in der daad, lachte. Zij schaterlachte zelfs even, luid, in gescherts met Domitilla naast zich. De hooge zwarte en blonde haardiademen negen boven het gelach naar elkaâr toe.

Zij dansten en floten, om beurt elkaâr begeleidend, op hunne dubbelfluiten. Het was een nacht van vaag licht, zonder maan, zonder sterren; een lucht van damp drukte over de tuinen. En in die grauwheid van atmosfeer, zevende het atrium binnen, dansten de jongens. Zij wisten hoe zij hier moesten dansen. Geheel anders dan zij gemimeerd hadden bij den voornamen Plinius.... O, zij doorzagen dadelijk hun volkje! Hier, voor de Keizerin, die den histrio Pâris bemind had, voor die uit hare oogen brandende, magere Domitilla, voor die Fabulla, die zij nooit vergeten konden, hossende op de eene knie van Colosseros en zij beiden op zijn andere knie, voor hun eigen moeder, die hen van de hand had gedaan, toen zij drie jaren waren geweest, dansten zij

Augusta.... smeekte Crispina. Ik smeek u.... Wees niet bang, Crispina, lachte Domitia en Domitilla en Fabulla schaterden van minachting. We zullen nièts, aan niemand, van je tweelingen zeggen.... Hoe kunnen we weg.... Hier langs....?? Ja, zei Crispinus, en wees een deur.

Een moord, dien hij zelf niet pleegt, maakt Domitianus gek! Om der Goden wìl, Augusta!! smeekte Crispina. Spreek zachter; die man hoort misschien, buiten....! Hoe kunnen wij weg? vroeg Domitilla. En waarheen? O! riep Domitia uit. Ik k

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek