Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 juni 2025


Kwaad water!" mompelde kapitein Davenport toen zijn schip vrij worstelde; maar hij brak plotseling af om te staren naar de ondiepte die pal achter had moeten liggen, maar die nu al schuins te loevert achter het schip lag en zich snel in loefwaartsche richting verplaatste. Hij ging zitten, en begroef zijn gezicht in zijn handen.

McCoy antwoordde zachtjes, zonder zijn blik af te wenden van de zee: "Wel, laat'r loopen, kaptein. Dat is het eenige wat we kunnen doen. De heele Paoemotoe's liggen vóór ons. We kunnen duizend mijlen ver varen steeds door riffen en atollen. Ergens zullen we er wel tegen aan loopen." "Dan vooruit." Kapitein Davenport gaf blijk van zijn bedoeling om naar het dek af te dalen.

"Het eene is onbewoond, en ik heb gehoord dat de menschen van het andere naar Cadmus-eiland zijn gegaan. In ieder geval heeft geen van beide lagunen een invaart. Honderd mijlen verder naar 't noordwesten ligt Ahoenoei. Geen invaart, geen menschen." "Nou, veertig mijlen verder liggen nog twee eilanden..?" vroeg kapitein Davenport, en hij keek op van de kaart. McCoy schudde zijn hoofd.

Een paar mijlen verder loopt een strooming naar 't noorden en draait dan rond naar 't noordwesten. Dat zal ons van Fakarava wegdrijven en in Fakarava zal de Pyreneeën haar bed vinden." "Ze kunnen drijven wat ze Godv , wat ze willen", merkte kapitein Davenport warm op. "We zullen even goed ergens een bed voor het schip vinden." Maar de toestand aan boord werd onhoudbaar.

Daarom sloegen zij hem dood, samen, met een bijl. Toen ging Young dood. En dat is zoowat alle herrie die ze gehad hebben." "Kan je donder op zeggen!" snoof kapitein Davenport. "Er was niemand meer om dood te slaan." "God had Zijn aangezicht verborgen, zie je", zei McCoy.

Maar de morgen kwam, helder, met een vlammende tropische zon. De zuidoost-passaat was naar het oosten gedraaid en dreef de Pyreneeën door het water met een vaart van acht knoopen. Kapitein Davenport maakte zijn gegist bestek, ruim rekenend voor afdrijven, en kondigde aan, dat Moerenhout niet meer dan tien mijlen verder was.

De zuidoost-passaat blies nog steeds, maar de zee was als een schaakbord van buien. "We zullen er om één uur zijn", zei kapitein Davenport vol vertrouwen. "Twee uur op z'n laatst. McCoy, jij zet haar op het eiland waar menschen wonen." De zon kwam niet meer terug, en om één uur was er nog geen land te zien.

Kapitein Davenport was niet religieus, maar op dat oogenblik voelde hij een dolle behoefte om zich voor de voeten van den ander te werpen en iets te zeggen, hij wist niet wat.

Al den tijd van het jaar dat Mr. Davenport het huis niet bewoonde, hadden Rousseau en Thérèse met niemand verkeer als met den dominé van het dorp en een der heeren uit den omtrek, die fransch verstond.

Dat "Land vooruit", het een of ander buitenrif waar de branding overheen spoelde, zou gevaarlijk dichtbij zijn als het zich liet zien in dien mist. Weer ging er een uur voorbij. De drie uitkijken boven tuurden gespannen in de parelende straling. "Wat, als we Mangareva voorbij varen?" vroeg kapitein Davenport plotseling.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek