Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 29 juni 2025


In dien ouden tijd leefden de menschen alleen in Kaschmir in den zomer; zoodra het herfst was geworden, haastten ze zich te verhuizen, om hun plaats af te staan aan demonen en kabouters, die den geheelen winter als heeren en meesters in het dal optraden.

Ook hunne godsdienst is hoogst eenvoudig: hunne vereering geldt voornamelijk de elementen en de demonen, die ziekten verwekken; de tempel bestaat uit een hoop steenen, met oker besmeerd, of wel uit een ruw behouwen groote zerk.

Hun woningen waren kleine hutten, "wigwams", van takken en gras in elkaar gezet; het meubilair bestond uit manden, aarden potten, en huiden om op te liggen. Visch, maïs, wortelen en vruchten dienden hun tot voedsel; hun geloof deed hen offeren aan goden en demonen. Bij de ontdekking van Amerika leefden zij nog in het steentijdperk, en waren hun bijlen, pijlen, enz. van steen gemaakt.

Toen men hem naar zijn kamer had willen brengen, had hij zich met handen en voeten verweerd. Daarom geloofde Didymus zelf, dat demonen zich van hem hadden meester gemaakt, zooals niet zelden gebeurde wanneer iemand van de trap was gevallen en op zijn hoofd neergekomen, en daardoor bij de aardgeesten aangeklopt en hen gewekt had.

Wat is het vreemd, dat wij droomen! En wat is het eigenlijk gêk! En wat weten wij er eigenlijk weinig van! Van Eeden heeft ons in De Nachtbruid veel moois van droomen gezegd en doen denken, en zelfs Duitsche professoren, die ik niet gelezen heb vertellen veel van droomen, maar toch weten wij eigenlijk weinig van droomen en is het heel vreemd en heel gèk, dat wij droomen... Droomen wij eigenlijk wel ooit van mooie, lieve, dierbare dingen? Zoo ooit, zij blijven toch de uitzondering... Is de droom "als een droom", dan waarlijk is de droom de uitzondering... Meestal zijn de droomen vreemd en gèk... Zijn wij dan de onmachtige slachtoffers van plaaggeesten en demonen? Wie weet, wie er om ons dwalen, als wij in de nacht roerloos liggen in onbewustheid? Sluipen de plaaggeesten en demonen binnen in onze voor elkaâr steeds geslotene ziel? Wie weet de geheime poorten en geheime gangen van onze zielen? Wie, waar zij open zich sluit en doortocht verleent aan subtile, duistere geesten, die als inbrekers zijn in het onbewaakte zielehuis! Er zijn de hôtelratten, die, zwart omgoten, duister dwalen door gangen en zalen en binnen sluipen in de kamers en zich achter een koffer of in een kast verschuilen; des nachts zijn er ook de zieleratten, die, zwart, duister sluipen onze dan opene zielen binnen en zich verschuilen in geheime schuilhoeken om te voorschijn te gluipen als wij zelve geheel onbewust zijn... Zijn zij het, die donkere gnomen, die ons de rare dubbellevens doen leven, die meestal schoonheid en vreugde missen en willen zij ons iets brengen uit de diepte der Hel...?! Zelden houdt hen een engel tegen en ik moet wel gelooven, dat géen bewaarengel staat achter ons bedde. Zij hebben vrij ingang en spel. Zij weten voor ons op te roepen wijde kasteelen als dwaalhoven, waar wij steeds op de zelfde corridor onszelve tegen komen tot een doodzweet ons uit breekt; zij sluiten ons op in donkere hokken en geven ons dan vliegkracht, zoo dat wij òp vliegen als gevangene torren en steeds met de hoofden bonzen in de hoeken der doosnauwe cellen of zij werpen ons uit luchtballonnen, van torens, tot de ademen ons stokken of minstens jagen zij ons, zwevende, hooge trappen af in eenzame huizen. Zij doen ons ons h

Dat de toovenares Samuël, zooals hij verschijnt, een goddelijk wezen noemt, stemt goed overeen met het geloof, door ons in IV vermeld, dat de overledenen als "demonen", d.w.z. alsbovenmenschelijke wezens werden beschouwd.

Al de oude demonen van de eerste klasse met staarten, den alruin en de kobolden moeten wij hebben, en dan kunnen wij, dunkt mij, het grafzwijn, het doodenpaard, en den kerkdwerg ook niet weglaten; zij behooren wel is waar tot de geestelijkheid, die niet tot de onzen gerekend wordt; maar dat is slechts hun ambt; zij zijn toch nauw aan ons verwant en leggen druk bezoeken bij ons af

Aan deze uitvinding voegden ze eene er mee overeenstemmende en aan het wezen der wereld ontleende kracht toe en deze met die uitvinding vermengende, riepen ze, daar ze geen zielen vermochten te scheppen, zielen van demonen of engelen op en banden ze in beelden door middel van heilige en goddelijke wijdingen, waardoor de beelden het vermogen konden hebben om zoowel goed als kwaad te doen."

Vandaar dat de demonen, wanneer zij in gedaanten verschijnen zich oplossen, al beijveren zij zich om althans door middel van beelden hunne macht te toonen. Hoe hij echter materie voor deze schaduwen heeft, zal ik zeggen: nergens anders vandaan dan van de offers. Want de walmen der offerdampen worden voor hem materiaal, als wol en linnen en weefsels en verven en werktuigen.

Vastgeknoopte kleeren en gordels werden over 't algemeen bij tooverhandelingen als hinderlijk beschouwd. Vandaar dat bijv. ook Medea, zooals spoedig blijken zal, hare kleeren los draagt. Bij het exorcisme, d.w.z. de uitbanning van booze demonen, mocht, volgens het Joodsche gebruik, de patiënt slechts één gewaad, en wel zonder gordel, dragen.

Woord Van De Dag

innewaerts

Anderen Op Zoek