United States or Haiti ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij beklimt op zijne beurt eindelijk de lang gewenschte kruk, hij schrijft concepten uit het klad in het net, en dat duurt zóó eenige jaren, in welker loop hij van kruk tot kruk, van die het digtst bij de deur tot die het digtst bij het venster wordt bevorderd. "Het is een schrale climax," zegt gij; een oogenblik geduld, bid ik u!

Het plan werkte goed, maar zou het niet tot een climax gebracht kunnen worden? O, als hij maar de onbezonnenheid beging van met Beatrice weg te loopen, zoodat zij haar kwijt was en vrij haar eigen spel kon spelen! Kort na het avondeten, gingen Elisabeth en Beatrice naar bed en lieten haar vader met Geoffrey alleen. "Welnu," zeide Granger, "hebt gij een woordje met Beatrice gesproken?

In lateren tijd komt de naam cliënten terug voor de bezoldigde visitemakers bij de rom. grooten, bij wie zij ook wel als anteambulones dienst deden. De aanzienlijke Romein, wiens receptiën zij dus hielpen opluisteren, wordt dan tegenover hen rex geheeten. Climax, Klimax, "trap", een berg in het O. van Lycia, het begin van den Taurus. In de Ilias komen de Solymers als vijanden der Lyciërs voor.

Weldra volgen Et Dukkehjem , Gengangere , En Folkefiende , Vildanden . In al deze stukken wordt de werkelijkheid getoetst aan een zedelijk ideaal, en in den regel treedt ook een vertegenwoordiger daarvan op. Inzoover vormen deze stukken een samenhangende groep. Wat de stemming van den dichter betreft, vormen zij een climax naar het bittere.

Blijkt dat arm zijn vooral uit het uiterlijke van woning of kleeding, dan spreekt men van ~armoedig~. Een ~armoedige~ hut, een ~armoedig~ gekleed man. ~Behoeftig~ duidt aan, dat men het noodige niet kan aanschaffen, terwijl ~nooddruftig~ aanwijst, dat zelfs het onontbeerlijkste wordt gemist. Arm, armoedig, behoeftig en nooddruftig vormen dus een climax of opklimming.

Doch ook kan aen hier de betekenis van bij hebben. De eerste opvatting heeft voor, dat "esse alicui" gebruikt wordt, wanneer de nadruk op de zaak valt, gelijk hier "hert", vgl. de volgende tegenstelling; haer, pron. reflex., waarvan het vrouwelik hert antecedent is. Zijn hart is niet vrij. Er is climax in de tekst: verrader, spoken, boose geesten.

Van Ternate over Ambon en Makasser naar Soerabaja gaande, moge er in de opeenvolging dier plaatsen in grootte en fraaiheid van aanleg een sterke climax te vinden zijn, de witte huizen onder het zware geboomte mogen steeds grooter en comfortabeler worden; de sociëteiten mogen wat inrichting betreft of als bouwwerk, van een ongezellig wit gebouwtje met keukenvloertegels en eenige wrakke tafels met wat wrakke schommelstoelen tot een monumentaal gebouw met moderne inrichting wisselen, de hotels mogen op dezelfde pijlsnelle manier van oud-Indisch tot modern-geriefelijk naar boven schieten, een waarachtig interesse, iets wat ons oog treft als een werk van kunst, levert die reis ons niet op.

En weer met onvolkomen succes beduidde hij zich dat dat dood-gewoon was, dat ze in de Kalverstraat gezeten hadden en nu naar de Nes gingen, wat een climax was van mannenplezier in een groote stad, de gewone loop van zaken, vooral als je menschen uit de provincie over hadt. Op den Vijgendam was 't nog vrij druk. Er was een standje met de politie er bij, voor een koffiehuis.

Van het aantal gesneuvelden hing het af, aan welke zijde tenslotte de zege verbleef. En we bliezen met een hartstocht en een volharding, alleen geëvenaard door de toewijding en het geduld, waarmee we eerst al die benden hadden gekleurd en geknipt. Doch stond ooit de vernielzucht op het oorlogsveld stil? Er was ook bij ons climax in de wapenen. De proppenschieter kwam in 't vuur.

De schrandere lezer, die ongetwijfeld door en door bekend is met de geschiedenis des vaderlands, zal hier gewis reeds hebben opgemerkt, dat ik mij ten opzichte van de volgorde, waarin ik bovenvermelde groote mannen geschetst heb, van een figuur heb bediend, welke men in de Rhetorica gewoon is een climax te noemen, en daarbij den graad hunner betrekkelijke vermaardheid heb in acht genomen.