Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 juni 2025


Toen Buffalmacco dit zag, zeide hij tot Bruno: Waarom zullen wij niet heengaan? Bruno antwoordde: Ja, laat ons gaan; maar ik zweer, dat Calandrino het ons niet meer zal leveren; en als ik dicht bij hem was als den heelen morgen, zou ik hem zooveel van die steenen tegen zijn hielen gooien, dat hij misschien wel een maand aan die grap zou denken.

Onder hen, die hem bijzonder aantrokken, waren twee schilders, van welke heden reeds tweemaal gesproken is, Bruno en Buffalmacco, zijn buren. Het scheen hem, dat zij onbezorgder en vroolijker leefden dan wie ook, en hij vroeg vele menschen naar hun beroep.

Verkoop het en laat ons van het geld plezier hebben en zeg aan Uw vrouw, dat men het gestolen heeft. Calandrino antwoordde: Neen, dat gelooft ze niet en ze zou mij het huis uitjagen; dat doe ik nooit. Zij praatten genoeg, maar het hielp niets. Calandrino noodigde hen gulweg tot het avondmaal uit; zij gingen evenwel weg. Bruno zeide tot Buffalmacco: Willen wij vannacht dat varken van hem stelen?

Buffalmacco zeide hem: Zie, maëstro, gij moet moed bezitten, want anders zoudt gij geweigerd kunnen worden en ons zeer groote schade doen. Waarin gij zeer moedig behoort te zijn, zult gij vernemen.

De medicus wilde zich verontschuldigen door te vertellen, hoe en waar hij in was geworpen. Buffalmacco sprak tot hem: Ik zou willen, dat gij van de brug over den Arno af waart gegooid. Waarom hebt gij u God en de heiligen aanbevolen? Hebben wij u niet gewaarschuwd? De dokter antwoordde: Bij het geloof in God, ik heb er niet aan gedacht. Hoe, riep Buffalmacco: hebt gij er niet aan gedacht?

Maar toen Bruno en Buffalmacco met Calandrino waren achter gebleven, zeiden zij tot hem: Wij waren er wel zeker van, dat gij het zelf hebt gedaan en dat gij ons hebt willen wijs maken, dat het u ontstolen was om geen rondje te geven van het geld, dat gij daaruit geslagen hebt. Calandrino, die de bitterheid van de aloë nog niet had uitgespuwd, begon te zweren, dat hij het niet had gedaan.

Het was zijn gewoonte in December met zijn vrouw daar heen te gaan en het varken te slachten en in te zouten. Calandrino ging eens, toen zijn vrouw alleen was, alleen het zwijn slachten. Toen Bruno en Buffalmacco wisten, dat zijn vrouw niet mee ging, begaven zij zich naar een priester, een zeer goed vriend van hem, een buurman van Calandrino om een dag of wat bij hem door te brengen.

Hij hield haar kauwend in den mond hoewel met tranen in de oogen, daar het hem zeer pijnlijk scheen. Eindelijk kon hij het niet meer uithouden, en spuwde die ook uit. Buffalmacco liet het aan het gezelschap en Bruno drinken; dezen, die dit met de anderen te samen merkten, zeiden, dat Calandrino het zeker zelf had gestolen en er waren er onder, die hem dit hevig verweten.

Gij zijt ook domme lieden als geen anderen, maar ik wou, dat gij mij onder de doktoren hadt gezien. Toen hernam Buffalmacco: Waarlijk, dokter, gij weet het veel beter dan ik het ooit had geloofd, en u toesprekend gelijk men spreekt tot geleerden als gij, zeg ik u beschaamd, dat ik mijn best zal doen, dat gij zonder twijfel in ons gezelschap zult komen.

Gij hebt niet zoo spoedig gezien, wat ik waard was, als hij, maar zeg hem tenminste, wat ik u zeide, toen gij mij vertelde, dat Buffalmacco gaarne met geleerde mannen omging; schijnt het u, dat ik het goed gedaan heb? Beter, hernam Bruno.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek