Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 juni 2025


Alleen wanneer hij met zijn regiment vertrekken moest, werd hij "nog dieper ontroerd" als hij "verder zich omkeerende, het droeve Bethken tegen een huis met den voorschoot vóor het aangezicht zag staen."

Bethken jammerde over haren armen Belg, die zeker in het woeste en harde soldatenleven weder ziek zou worden, ik betuigde den goeden lieden mijnen dank en deed geweld om bij de herhaalde bewijzen van zoete, zusterlijke genegenheid, mij door Bethken gegeven, niet in tranen los te barsten.

Bethken was ten uiterste in haren schik met onzen Belg, zooals zij mij noemde; zij roemde zijn verstand als eene wonderheid; zij was hem vriendelijk en nam hem bij de hand, wanneer zij hem ter tafel wilde loepen; maar haar voorhoofd bleef leliewit, en als het schaamrood mijne wangen kleurde, glimlachte zij met schuldelooze vrijheid.

In het voorbijtrekken zag ik Bethken nog; ik boog het hoofd, want er sprongen tranen in mijne oogen; en nog dieper werd ik ontroerd, als ik verder mij omkeerende, het droeve Bethken tegen een huis met het voorschoot voor het aangezicht zag staan....

Des anderen daags 's morgens, toen wij in de verte de marschtrommen hoorden, gaf Bethken mij twee boterhammen en twee hardgekookte eieren, welke zij van de meid des pastoors had gekregen: die moest ik, of ik wilde of niet, in mijnen ransel steken. Dan volgde het treurig afscheid; wij drukten elkaar met vochtige oogen de hand, en de goede lieden beloofden, dat zij God voor mij zouden bidden.

De hut was verdwenen; niemand wist mij met eenige juistheid te zeggen, waarheen de ouders van Bethken of zij zelve waren vertrokken of versukkeld. Men scheen slechts door eene twijfelachtige herinnering nog te weten, dat daar ooit het leemen hutteken van eenen armen werkman had gestaan. Een tweede bezoek te Baelen leverde mij geenen beteren uitslag op.

Langer nog bleef het beeld van het zoete Bethken mij volgen; doch het verzwakte mettertijd, en er bleef mij niets van over dan de dankbare herinnering aan de zorg en de vriendschap, door eenvoudige hutbewoners mij bewezen. Slechts zestien jaren later heb ik het dorp Baelen voor de tweede maal gezien, en ik heb mij ter plaatse begeven, waar de zieke Belg eens zulke liefderijke verpleging vond.

Omdat ik wist, dat het Bethken vermaak deed, spande ik al de krachten mijner verbeelding in, en ik schiep en schilderde de zonderlingste voorvallen, die mijne toehoorders zoozeer boeiden, dat zij uren lang, met gapende monden, op mijne verhalen luisterden.

Bethken volgde haren Belg van verre, tot in het dorp, waar mijn regiment juist op de groote baan verscheen. Ik voegde mij in den rang der onderofficieren mijner compagnie, die over mijne wederkomst jubelden, terwijl zij met blijdschap riepen: "Ah, daar is ons fourierken!"

Woord Van De Dag

zingenden

Anderen Op Zoek