Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 22 oktober 2025
Doch zij trokken er vele voorbij, als zij de zure gezichten van den baas of de bazinne zagen, weinig aantrekkelijk uithangsbord voor een gezellige keuken. Zij kwamen op de Zaterdagsmarkt en gingen het gasthof, de Blauwe Lanteern binnen. Daar zag de weerd er vriendelijker uit. Zij deden uitspannen en den ezel op stal zetten, in gezelschap van een maatje haver.
De bazinne liep en vlocht zich daarin entusschen de stoelen en banken en schonk overal klare genever uit de steenen literkruik in kleine glazekes. Kijk, dacht Ghielen, dáár is Vinie, 'k ga hem nu spreken. Maar de koopman zat aan een verre tafel ernstig in gesprek met eenen boer.
Daar had de bazinne den heerd goed aangestookt zoodat de warmte van ver al deugddoende tegenkwam. De klanten kropen dicht in de ronde, lieten hunne schenen roosten, ontstaken eene pijp en dompten lustig. Het luide gebabbel ging overal en elk snapte naar een borrel klare genever om 't herte te warmen.
Lamme, steeds naar zijne vrouw zoekend, schaverdijnde in 't rond, gelijk de lustige mannen en vrouwlieden, doch hij viel dikwijls op zijn achterste. Intusschen ging Uilenspiegel eten en drinken in een kleine taveerne op de kaai, alwaar hij zijne portie niet duur moest betalen; en hij bleef geerne praten met de oude bazinne.
Elk jaar, dat de Heer heur vergunt, krijgt zij een nieuwe laag vet. Op eene der tonnen flikkert eene vetkeers en aan de balken der zoldering hangt eene lanteerne. Het is daar donker en klaar: donker voor de liefde en klaar voor 't gelag. Maar, sprak Lamme, 't is een klooster van duivelsche nonnen, en uwe bazinne is de abdis.
God zij geloofd, sprak hij, omdat Hij mij mijnen vriend Uilenspiegel teruggeeft! Bazinne, breng ons te drinken! Uilenspiegel trok zijne tasch uit en sprak: Te drinken tot dit op is! En hij deed zijne karolussen rinkelen. Leve God! sprak Lamme, die hem gezwind de tassche uit de hand trok, ik ben 't die betaal, maar gij niet! Deze tassche is mijn!
De graaf wilde hem slaan met zijne zweep, doch Uilenspiegel bleef op de slagen niet wachten, wegvluchtend riep hij nog: Eet lanteernen, eet lanteernen, heer graaf. Red onze landen! Op een anderen dag hield Egmond stil voor de afspanning het Bont Verken, gehouden door een lieftallige bazinne van Kortrijk, het Muizeken geheeten. De graaf stond recht op zijne stijgbeugels en riep: Is er iemand?
Zij smeten zijne toque, zijn opperste kleed omhoog, streelden hem, kusten hem, zoenden hem uit al heure kracht, daar waar zij konden, op zijne kaken, op zijnen neus, op zijne maag, in zijnen hals. De bazinne schaterlachte tusschen heure vetkeersen. Hulp! schreeuwde Lamme, hulp! Uilenspiegel, verlos mij van dat ongedierte.
Kijk, zeide Uilenspiegel tot Lamme, kijk naar dit huisje, dat heel van hout is gemaakt, met schoone, gebeitelde vensteren, waar kleine ruitjes in steken; kijk naar die gele gordijntjes en die roode lanteerne. Daar, mijn vriend, achter vier tonnen bruinbier, uitzet, dobbele kuite en Spaanschen wijn, troont een schoone bazinne van over de vijftig.
Liefste bazinne, antwoordde Uilenspiegel, gij ziet er geen slechte betaalster uit; integendeel, gij ziet er zoo eerlijk, zoo rechtschapen uit, dat gij mij nog liever achttien gulden zoudt geven, dan mij de zes te weigeren die gij mij schuldig zijt. Wat schoone oogen! 't is de zonne, die mij bestraalt, die mijne liefde hooger doet schieten dan 't hondsgras in een verlaten kluis.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek