Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 juni 2025
De moedige vogel dreef zegepralend boven de honden en verzelde hen tot bij de jachtknechten; dan vloog hij hoog in de lucht en gaf door zeldzame wendingen zijn blijdschap te kennen. "Mijnheer Van Bethune," riep De Valois, "dit is een vogel die zijn zaken dapper aflegt: het is een schone giervalk."
De wapenbode kwam vooruit, blies driemaal op zijn bazuin, en riep met krachtige stem: "Wij, Gwyde van Namen, in de naam van onze Graaf en broeder Robrecht van Bethune, Leeuw van Vlaanderen, aan allen die deze lezen of horen lezen zullen, heil en vrede! "In aandacht nemende ..."
De ridders die in die tijd leefden, zouden onder duizend anderen deze stuurse ruiter voor Robrecht van Bethune , de oudste zoon van Gwyde, herkend hebben. Sedert ettelijke jaren was hij door de Graaf, zijn vader, met de binnenlandsheerschappij over Vlaanderen belast geweest. Bij alle veldtochten had hij de Vlaamse benden aangevoerd, en een ontzaglijke naam onder de vreemden verkregen.
Adolf van Nieuwland herkende in hem dezelfde monnik, welke hem de brief van Robrecht van Bethune had gebracht, en meende hem met luider stem te groeten, maar de bewegingen van de monnik werden zo zonderling dat de woorden op de lippen van de jonge ridder vergingen.
"Welnu, gij weet dat onze Graaf Gwyde met al zijn Edelen gevangen is; maar er is iemand in Vlaanderen gebleven die nu van alle hulp en bijstand beroofd, het medelijden der Vlamingen om haar rampspoed en doorluchtigheid verdient." "Gij spreekt van Jonkvrouw Machteld, de dochter van Mijnheer Van Bethune," viel Deconinck in. "Hoe weet gij dit?" vroeg Adolf verbaasd.
VAN ROBRECHT VAN BETHUNE DRIE
Wat verder reden 's Vorsten neven, Graaf Ernst van Nassau, die aan 't hoofd der Duitschers stond, en Graaf Lodewijk Gunther van Nassau, welke beiden moeite deden om een geregeld gesprek te onderhouden met den Markgraaf van Bethune, den Kolonel der Fransche hulpbenden.
Onderwijlen kwam Jan Graaf van Namen, broeder van Robrecht van Bethune, naar Vlaanderen en nam het bewind des lands in handen, hij vormde met haast een nieuw en machtiger leger om aan de Fransen te kunnen wederstaan, en bracht de Besturen der steden in orde.
Robrecht van Bethune viel De Valois in zijn rede, en riep met ongeduld: "Wat zegt gij edelmoedig als de beste ridder! Breekt een ridder ooit zijn gegeven woord zijn trouw? Wanneer wij met onze armzalige Philippa zonder argwaan te Corbeil kwamen, heeft uw Koning de gastvrijheid geschonden en ons allen gekerkerd . Betaamde deze verraderlijke daad een rechtzinnige ridder zeg?"
Johanna antwoordde: "Ik geloof dat het niet onredelijk ware, de dochter van Mijnheer Van Bethune in Frankrijk te doen voeren, want zij heeft mede de Vlaamse koppigheid ingezogen. Het zal mij aangenaam zijn haar bij het Hof te hebben. Hierover nu genoeg gij begrijpt mijn inzichten. Morgen vertrek ik uit dit vervloekte Land, want te lang heb ik die laster verdragen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek