Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 juni 2025
De wilde ganzen vlogen een paar keer heen en weer, opdat Duimelot alles goed zou kunnen zien. Eindelijk sloegen ze neer op den met gras begroeiden vloer, in de ruïne van een kerk, om daar den nacht door te brengen. Toen ze zich al hadden klaar gemaakt om te slapen, was Duimelot nog wakker, en keek door de gebarsten gewelven op naar den bleekrooden avondhemel.
En 't was hem plotseling of hij droomde, of 't niet mogelijk was in die zaal die oogen, dat droge pure oogenlicht. Hij had een oogenblik van verlammende verwarring. 't Was als een visioen, een verschijning. Duidelijk voelde hij zich staan, in zijn balkostuum, gansch alleen op een stille eenzame weide, onder een doorschijnend wit-lichten avondhemel.... Er was vage benauwing in zijn droom....
Doch weldra verflauwde het fluweelig purper van den avondhemel; de schemering viel, geheimzinnig en vervuld van vage, verwijderde geruchten; vogels en insecten gingen ter rust en de bloemen sloten haar kelken bij het naderen van den schoonen en kalmen nacht.
En hij had zich in-eens herinnerd hun allereerste ontmoeting, met die vreemd-verwarrende emotie.... En met een korte huivering, van schrikkende herkenning, had hij weer boven zich gevoeld dienzelfden avondhemel, dien doorschijnend lichten, vreemd-witlichten droomhemel..... "Gaat u dien kant op," vroeg hij, om wat te zeggen. "Och," zei ze, "'t komt er niet op aan.
Maar de andere sprak weêr: «Tusschen de wimpers van onze ontwakende oogen, toen wij geboren werden uit het licht, ging de zon weg, westwaarts, in een droom van roodrookig goud; en toen het licht henen gloeide en de avondhemel als een gewelf van luister was, zagen we ze staan, mannengestalten hoog, met prevelende lippen en verlangenden blik.
De schemering spreidde een zachten, grijzen nevel over de stad, vol fijne tinten. Het werd stil in de straten, alleen een straatorgel in de verte speelde een weemoedige wijs, de huizen schenen zwarte schimmen tegen den rooden avondhemel, als tallooze armen staken ze hun grillige spitsen en schoorsteenen op.
Zij kon den blik niet afwenden van dien avondhemel, die haar als een lieve oude bekende was. Zij had willen heenvliegen als een vogel, dáár, ver door die glanzende ruimte, die schoonheid, die heerlijkheid te gemoet en ver van dat salon beneden, vol vreemde menschen. O, dat verlangen in haar hart! zij wist niet waarnaar; dat heimwee! zij wist niet waarheen.
Hij gaat dus diep in gedachten daarheen zonder naar den Brobyheuvel op te zien, waar de huizen zich scherp afteekenen tegen den helderen avondhemel, of tegen Gurlita Klätt die zijn ronden top in 't avondrood opheft. Hij kijkt naar den grond en peinst er over, hoe hij den sleutel zal krijgen, zonder dat iemand het weet.
En op het wijde water, onder sterrelenden avondhemel, had ze dan gedacht hoe in zulk een nacht Heinz het niet langer kon harden in de lage loopgraaf, in stank van modder, bloed en excrementen..., en hij ondanks de waarschuwing der kameraden, naar buiten was gegaan, na een laatsten brief aan haar, waarin hij schreef hoe een verstikkende afschuw hem naar buiten dreef, al dreigde er doodsgevaar; hoe de lentenacht lokte, weg van de verpesting waarin hij ademhaalde.
Een avondhemel vol sterren, roode rozen in donkere vrouwenlokken, warme avondlucht vol bedwelmende geuren, aangeboren schoonheid van beweging, liefdesgeluk, dat opstijgt uit de aarde, neerdaalt uit den hemel, zweeft in de lucht hebt gij dat alles, meester? Ach, waarom wekt gij ons verlangen naar die dingen!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek