United States or Iraq ? Vote for the TOP Country of the Week !


Gijsbrecht van IJsselsteyn overleed tusschen 1341 en 1344, en werd opgevolgd door Aernout, den oudsten zijner drie toen nog levende zonen . Deze was, als wy weten, in 1308 gehuwd met Maria van Avennes, en werd kort daarop tot de Ridderlijke waardigheid verheven, schoon sommige Edelen er laag op neêr zagen, dat hy zich aan eene Jonkvrouwe uit onechten bedde verbond.

Het was immers best mogelijk, dat het zijn plan was, den Graaf gevangen te nemen en zich van de regeering meester te maken? De Graaf geloofde die woorden, en Jan van Avennes kreeg al spoedig een antwoord, dat alles behalve vriendelijk was. Hij werd uitgenoodigd om zonder gewapend geleide te Blijdorpe, in Zeeland, te komen.

Geen wonder was het daarom geweest, dat zoovelen getracht hadden, zich van de voogdij over den jongen Graaf, en zoo ook van de regeering, meester te maken, waaronder, behalve Van Borselen, genoemd moeten worden Dirk van Cleve en Jan van Avennes, graaf van Henegouwen.

Want Graaf JAN van Avennes bragt met vreemde hulp een aanzienlijk heir bijeen, waarmede hij hen te land en ter zee aanviel en overmeesterde . Hem gelukte het eindelijk door geweld een einde te maken aan hunne betrekking tot de overige Friesche Zeelanden, en West-Friesland, tusschen de Kinhem en het Flie, aan de Hollandsche Grafelijkheid toe te voegen.

Graaf Jan I is uit Engeland teruggekomen en Jan van Avennes, die Holland voor zijn neef, den Graaf, uit de handen van de vijanden gered heeft, met schande het land uitgejaagd. Een schoone dank!" spotte de Bisschop.

Zoo scheen het, alsof dus Jan Van Avennes het pleit om de oppermacht zou winnen, toen hem plotseling de tijding ter oore kwam, dat Graaf Jan geland was, en dat hij ontvangen was door en zijn intrek genomen had bij Heer Wolfert van Borselen. Dat was hem eene streep door de rekening, doch zoo dadelijk gaf hij zich niet gewonnen.

Onverwijld zond hij Graaf Jan zijn groet, en noodigde hem uit, te Dordrecht te komen, waar hij hem de regeering zou overgeven en rekening afleggen over het gehouden bestuur. Doch dat wilde Van Borselen niet, omdat hij begreep, dat zijn rijk dan spoedig uit zou zijn. Hij waarschuwde daarom den Graaf voor dien tocht, zeggende, dat Jan van Avennes wel eens heel andere bedoelingen zou kunnen hebben.

Graaf Jan, nu van zijn leidsman beroofd, voelde zich niet bij machte, zelf de teugels van het bewind in handen te nemen, en noodigde daarom zijn neef, Jan van Avennes, den Graaf van Henegouwen uit naar Holland te komen, om hem in de regeering behulpzaam te zijn. En deze liet zich niet lang bidden. Hij gaf dadelijk aan die uitnoodiging gehoor en nam het gezag in handen.

Bij den minsten tegenspoed, door onze wapenen ondervonden, zoudt gij den jaloerschen naijver der Kapittels en de bet-weterij van Vroedschappen en Overlieden de schuld daarvan op mij zien werpen: men zou tegen den Hollandschen Bisschop het wantrouwen, ja den haat der gemeente weten op te wekken: of zoo men al aan de oprechtheid van mijnen haat tegen het huis van Avennes geloof sloeg, het zou slechts zijn om mij te beschuldigen, dat ik het geluk van het Bisdom aan eigen heerschzucht had opgeofferd: verdeeldheid zou weldra in onze vergadering en in ons leger heerschen, en Graaf Willem zou zonder moeite zegevieren over een gewest, door tweedracht verzwakt.

"Ik onderwerp mij aan geene vredesbepalingen, die den belangen van het Sticht schade berokkenen," zeide de Bisschop trotsch. "Daarom heb ik na Floris' dood den opstand der West-Friezen krachtig gesteund en mij van bijna geheel Noord-Holland meester gemaakt. Jammer, driewerf jammer, dat ik voor den Henegouwschen Graaf, Jan van Avennes, heb moeten wijken.