Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 oktober 2025
Sjech Amin Osman gezegd Aboe Fares eet alsof hij nooit een pannekoek-, rijst-en vleeschschotel hadde gezien. Nu, de kok heeft goed gezorgd. Hij geeft een schotel vleeschkoekjes, een macaronitaart als een huis, gebakken aardappels met gemurwd hamelvleesch, kip met gekookte appels, een schotel van rijst met geitjes-vleesch. Dessert.
Haar broer een van de stoutsten en sterksten onder de Joodsche ruiters. Ik zeg iets over mijn bezoek bij den Mufti. En over de drie mooie, zwijgende Arabieren, die ik voor rustige landedellieden houd. De wondere naam El Hawadja is mij natuurlijk bijgebleven. Maar dan word ik door den vader uitgelachen en ingelicht. Wat, kon ik Amin el Hawadja niet? Dat is de grootste dief van heel Palestina.
Amin el Hawadja heet Sjech el Kharamijeh, dat is: de Sjech der Dieven. Heelemaal geen schandnaam. Stelen is hier trouwens geen schande. Maar bestolen worden, dat is schande. Diefstal is een beleediging, die zoo mogelijk zwaar gewroken wordt. En de dieven zijn dikwijls veel banger voor den bestolene en diens familie dan voor de Regeering.
Adil biedt grootmoedig aan mede te gaan. Nietwaar, anders moest ik toch een tolk medenemen en misschien nog wel een gids. Goed, maar als wij eens afdoend bestolen werden? En ik vertel Adil wat ik van den waardigen Sjech el Kharamijeh heb gehoord. Maar nu wordt Adil heel boos. Mag men een machtigen sjech zóó belasteren? Zeker weet de wijze Amin el Hawadja alle dieven en alle diefstallen.
Ik vraag naar zijn eigen zonen. Ja, tien. En achttien dochters. Sakhib is ons komen afhalen. En Soliman heb ik bij den Mufti gezien. Nu komt de oudste binnen. Een prachtkerel, die Fares, dat is: Ruiter, heet. Daarom heet Amin ook Aboe Fares, de Vader van Fares. Dat is zoo: de Vader heet hier naar zijn zoon.
Als de vorst, naar ik vermoed, gezegd heeft, dat hij de eer aanvaardt, de echtgenoot te worden van de edele Srikatinah, roepen zijn volgers achter hem: »Amin«, en het geheele publiek herhaalt: »Amin, Amin«, onder begeleiding van het orkest en de salvo's van het geweervuur, dat de buiten in gelid staande troepen herhalen, om aan de wereld kond te doen, dat de plechtigheid is voltrokken.
Wij zullen Amin dus een brief schrijven, dat wij hem Dinsdag aanstaande zullen komen bezoeken. Adil belast zich daarmede. Het is een heel moeilijk werk, want Amin Effendi is een groote sjech. Wij bedenken ons op ieder woord. Maar 't wordt dan ook een mooie brief: "Aan Zijne Excellentie, den Geëerde, den heer Amin el Hawadja, dat hij altijd leve. Amen!
Iedereen in 't geheele land weet dat. Tegenover den bekenden Tewik Bek heeft hij zich uitgelaten, dat hij de Engelschen nog wel eens een loer draaien zou. "Ze konden zich nog wel eens in hem vergissen." Ook Mohammed van den heer Goldsmit kent hem. Als ik hem vraag of hij Amin el Hawadja kent, dan heeft Mohammed maar één woord. Het woord. Maäloum. En ik vraag verder: "is hij de sjech el kharamiye?"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek