Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 juni 2025


Geen enkele Zwaluwensoort bewoont een even uitgestrekt gebied als de Oeverzwaluw, die, behalve in Australië, Polynesië en Zuid-Amerika, in alle deelen van de wereld broedt. Zooals haar naam aanwijst, houdt zij bij voorkeur verblijf in oorden, waar zij steile oevers vindt; dit behoeven echter niet altijd oevers van rivieren of beken te zijn, dikwijls wordt een steil afhellende aardhoop voldoende geacht. "Bij ons is zij niet zoo algemeen als de beide andere soorten. Zij komt slechts op bepaalde plekken voor, die terstond weer verlaten worden, als zij voor broedplaatsen in meerdere of mindere mate ongeschikt geworden zijn. Deze geliefkoosde plekken zijn b.v. zanderijen in de duinen, glooiingen van dijken, hellende boorden van wateringen, steil afgegraven slootwallen, groote aschhoopen enz. Men treft op zulke plaatsen dikwijls 6

Daar hun vrede en voorspoed niet verstoord waren geworden, besloten zij dat zijn lijk nooit zou worden verbrand, en zoo voerden zij de gewoonte in, in een aardhoop te begraven, een gebruik dat te zijner tijd den brandstapel op vele plaatsen verving. Een van de drie aardhoopen bij Gamla Upsala heet nog naar den god. Dienst van Frey.

Eindelijk was hij, na veel uitgestaan te hebben, als een der laatsten naar den Rijn teruggekeerd, met den naam der bruid op de lippen, haar beeld in het hart. Zwijgend wees de burchtheer van Rheinfels op het graf van zijn kind. Voor den verschen aardhoop hielden de oude en de jonge man elkaar innig omarmd.

Zij vertelden het volk toen dat Frey wiens naam in het noorsch synoniem is met "meester" "in den aardhoop was gegaan", een uitdrukking die uiteindelijk de noorsche term voor den dood werd. Eerst drie jaren later ontdekte het volk, dat was voortgegaan met belasting te betalen aan den koning door geld, zilver en koper in de aardhoop te doen door drie verschillende openingen, dat Frey dood was.

De plaats waar hij zich ophoudt, wordt door hem zelf zeer spoedig op de duidelijkste wijze aangewezen, daar hij voortdurend nieuwe hoopen moet opwerpen om te kunnen leven. Deze hoopen geven altijd de richting en de uitgestrektheid aan van het jachtveld, dat hij op dit tijdstip doorzoekt. Wegens zijn buitengewone vraatzucht moet hij dit jachtveld voortdurend vergrooten en daarom ook aanhoudend werken aan de uitbreiding van zijne onderaardsche gangen. Onophoudelijk graaft hij horizontale galerijen, of liever loopgraven, op geringe diepte onder de oppervlakte, en werpt, om de losgewoelde aarde te verwijderen, de bekende molshoopen. "Van alle inheemsche, onder den grond levende dieren," schrijft Blasius, "besteedt de Gewone Mol de meeste moeite aan zijne kunstvolle woningen en gangen. Hij heeft niet alleen te zorgen voor de bevrediging van zijn buitengewoon groote eetlust, maar moet ook zijn woning en de daarmede in gemeenschap staande gangen op zulk een wijze inrichten, dat hij tegen de velerlei gevaren, waaraan hij blootstaat, beveiligd is. De meeste kunst en zorg wordt vereischt voor het gereed maken van de eigenlijke woning, die zijn leger bevat. Gewoonlijk bevindt zij zich op een van buiten moeielijk toegankelijke plaats, onder boomwortels, muren enz.; meestal is zij ver verwijderd van het dagelijksche jachtveld, waar de loopgraven, die voor 't verkrijgen van 't voedsel dienen en van dag tot dag in aantal toenemen, zich op allerlei wijzen vertakken en kruisen. Woning en jachtveld zijn door een langen, meestal tamelijk rechten loopgang met elkander verbonden. Behalve deze pijpen en loopgraven worden in den voortplantingstijd nog andere gangen aangelegd, welker doel later zal blijken. De plaats waar de eigenlijke woning zich bevindt, is dikwijls kenbaar aan een aardhoop, die zich weinig boven de oppervlakte verheft, maar een aanmerkelijken omvang heeft. Zij bestaat inwendig uit een rondachtige kamer van ruim 8 cM. middellijn, die het gewone verblijf van den Mol is, en uit twee kringvormige gangen: de grootste gang is ongeveer even hoog als de kamer gelegen en omgeeft haar op een afstand van ongeveer 16

Wanneer men dan dezen vogel zag, die slechts iets grooter was dan een patrijs en men liet zulk een aardhoop openleggen, dan vond men daarin een zevental eieren, elk grooter dan een eendenei, en stond men verbaasd over de ongerijmde energie die door dat beestje was ontwikkeld en die in geenerlei vergelijking stond met de normen, waaraan de natuur ons in dat opzicht heeft gewend.

Nog geloof ik niet, dat zijn grove stem, die anders altijd alleen zingt den ouden Proost uit zijn droomen zou hebben gewekt. Maar nu zong de koster niet alleen. Honderden en honderden stemmen vielen in! Mannen, vrouwen en kinderen zongen. Toen ontwaakte de Proost. Hij streek zich over de oogen en klom op de opgeworpen aardhoop om te zien, waar al die stemmen vandaan kwamen.

Sint Antoine valt op 17 Januari. Oratoire, een door tapijten afgeschoten vertrekje in een kapel. Dooi. Een heuveltje, een aardhoop. Helmen. Chastellain, V p. 273, 269, 271. Zie de reproducties bij A. Michel, Histoire de l'art etc., Paris, 1907 etc. 7 vol. parus, IV, 2 p. 711 en P. Durrieu. Les belles heures du duc de Berry, Gazette des beaux arts 1906, t. 35, p. 283. Froissart, ed.

Toen Thorsten eindelijk uit den aardhoop, bleek en bebloed, maar triumfeerend kwam aan wankelen, weigerde hij te spreken van den schrik dien hij doorstaan had om den begeerden schat te winnen, maar vaak placht hij te zeggen, als hij dien liet zien: "Ik beefde eens slechts in mijn leven, en dat was toen ik hem wegnam". Geboorte van Frithiof en Ingeborg.

Ik verzocht hem mij de plaats aan te wijzen, waar het oorlogsschip vergaan was; hij bracht mij naar de plek, waar nog van de overblijfselen te vinden waren. Op de klippen lagen nog eenige wrakstukken, en niet ver van daar zag men een aardhoop, waarop een geschilderde plank als grafsteen geplaatst was.

Woord Van De Dag

innewaerts

Anderen Op Zoek