United States or Dominican Republic ? Vote for the TOP Country of the Week !


Men leert die verouderde begrippen afleggen, dat het verkeerd is om zijne driften bot te vieren; men keert van daar terug, genezen van het vooroordeel, dat deugd alleen waarachtig genot geeft; men leert begrijpen, dat men op de wereld geplaatst is om de wereld te dienen; men beklaagt de dwazen, die zich in zelfverloochening pijnigen en elders vreugde en zaligheid zoeken, zoolang ze nog op de aarde te vinden zijn; en wanneer men, na eene goedgelukte badkuur, aan eene welvoorziene tafel in het Conversationshaus te Baden neêrzit, en 's avonds in een wulpschen dans eene dartele schoone in zijne armen drukt, haalt men de schouders op over den bekrompene van geest, die in ouden tijd, gereinigd uit de badwateren van Bethesda opklimmende, terstond zijne schreden naar den Tempel des Heeren rigtte.

Arme Lodewijk! DE ENGEL, met wanhoop. Rosa, dijn uur gaat slaan! O, lieve, zie mijne vlietende tranen! Dáár, daar is de dood.... Haastig, spreek dijn vonnis of dijne verzaliging. Behoors du den jongeling en der wereld, of dijnen God, dijnen verlosser, den minnaar dijner ziele. Wien, wien zals du behooren, den gekruisten Jezus of den wulpschen jongeling? Spreek! DE DUIVEL. Ja, Rosa, spreek.

Gij, die uit wulpschen lust de onnozelheid verraadt In 't lichtgewaad eens Engels! Die jaagt door vreemden hof, en zelfs geen blik meer slaat Op de omgetrapte stengels! 'k Wil uw geweten zijn! 'k wil spreken van uw bloed, Van 't pleegkroost der ellende, Dat recht heeft op uw naam, uw liefde, uw overvloed, Maar nooit een vader kende! Rampzaalge kinderen, die, ziekelijk en koud, In d'Ugolino-toren Van 't klemmende gebrek, dien gij hun hebt gebouwd, In schande zijn geboren! Hebt gij dan nooit voor hen een enklen zucht geslaakt? Voelt gij hun droeve schimmen Niet woelen in uw hart, als schijndoôn, die, ontwaakt, Uit d'engen grafkuil klimmen? Kunt gij den kinderen, die gij uw kindren heet,

Er is een markt van menschenvleesch; en als ge dood zijt, kunt ge haar niet beletten er heen te gaan. Denkt aan de straat, denkt aan de menigte, die haar betreden; denkt aan de winkels, waar vrouwen met wulpschen opschik en op het slijk heen en wedergaan. Deze vrouwen zijn vroeger ook onschuldig geweest. Zij, die zusters hebben, mogen hieraan denken.

Haar carré was aan den anderen kant van de zaal, maar toch kon hij haar nu en dan zien. Zij lachte dan altijd en hij ried, hij proefde haar lokkende blikken, haar wulpschen oogopslag. Hij verlangde er weer naar. Hij voelde dat hij in zijn fut-looze roezigheid nog erger aan haar verslingerd raakte, dat zij macht over hem had, dat hij meer en meer verliefd op haar werd.

Samen liepen ze langs de groene looverhuisjes, die ook boven op de gaanderij opgetimmerd waren ... Hier werd botgevierd de zinnelijke geilheid ... In de armen van bleeke jongens, door traag opgeslurpten Champagner opgewonden, lagen rookend en drinkend, de ver uitgesneden kleedjes los-hangend over de losgewoelde borsten, jeugdige meisjes, 't masker weggetrokken om vrij te laten den wulpschen, karmijn-rooden, zoen-gragen mond, waarop de nat-bloedlooze lippen der genieters zich vastzogen.

De lust was in hem haar in-eens op te nemen en weg te dragen, zoo snel dat ze van schrik lam zou zijn en de anderen verbaasd gapen zouden, en dan met haar alleen te zijn, waar wist hij niet, maar alleen met haar tusschen vier muren, en dan haar aan te zien, en tegen zich aan te drukken 't weerstrevende lijf en te zoenen den wulpschen mond, en haar dan te slaan, te striemen.

Onderweg ontmoet hij muzikanten, hij laat ze bij Marianne's venster spelen, hij droomt daarbij, niet vermoedend dat zij op dit oogenblik bezoek heeft van den rijken wulpschen Norberg. Hij kust haar drempel, en, zich voor het laatst omkeerend, ziet hij een man uit haar huis sluipen, gelooft echter dat dit een spooksel is van zijn overspannen verbeelding.