United States or Azerbaijan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wordt de tooverdokter bij zieken of bij sterfgevallen geroepen, dan trekt hij zijn sierlijkste gewaad aan en tooit zich met de vellen van den hermelijn. Hij bedekt zijn beschilderd gelaat met een masker en loopt voor het vuur heen en weder.

Ik heb een leed, en ik kan er niet bij lachen .... het wordt een masker dat de tijd afschuwelijker maakt, dat ik draag op mijn voorhoofd en dat, rond mij, de harten van mijn vrienden benauwt. Men verlaat mij. Ik ben alleen. Ik word koud. Ik word de dood van dees huis, dat op een graf gelijkt. Ik .... durf .... Neen, zeg niets.

Met klei maakte Uilenspiegel ook twee bloedige voeten. Boelkin, die van heur eersten schrik bekomen was, zei op plechtigen toon: Gezegend is hij, die den moordenaar zal vermoorden. Uilenspiegel nam het masker en de voeten en sprak: Nu moet ik iemand hebben, die mij wil helpen. Boelkin antwoordde: Ga naar de Blauwe Gans, bij Joost Lansaem van Ieperen, dewelke deze taveerne houdt.

En weldra, door die waarneming er toe aangespoord, hebben zij zich inderdaad tot een verder onderzoek aangegord en na langzamerhand het masker van bedriegerijen te hebben weggenomen en de nevels van onkunde, waarmee zij werd omsluierd, te hebben doorbroken, hebben zij, eindelijk haar in haar naaktheid begroetend, haar aan het daglicht gebracht ten schouwspel voor de beschaafde wereld.

De man wist immers niet wie hij was, kon het ook nooit weten. Het masker der jeugd had hem gered. Maar al was het ook slechts een spel der verbeelding geweest, hoe verschrikkelijk was het toch te denken, dat het geweten zoo afschuwelijke spoken kon oproepen, ze een vorm kon geven, ze kon doen bewegen, voor ons heen!

Een vaal masker van violet, met groote, nat vlammende oogen, met dikke, blauwe aderen aan de slapen, zichtbaar kloppend onder het fijne floers van de huid ... Zoo mocht Frank hem niet zien. Maar toch moest hij het vragen. O God, tòch moest hij vragen! Hij ging naar zijne kamer, kleedde zich uit, legde zich rillend te bed, maar hij sliep niet en luisterde of de voordeur open zoû gaan.

Meer...., meer zag haar dezen avond uit Pierrot's tragisch masker aan: Niet van één mensch de gebrokenheid, het fiasco, het verbrijzeld vertrouwen en het gewonde hart..., maar de smaad van een ontgoochelde menschheid, die eerst den schandelijken oorlog en nu het even schandelijk naspel beleefde. Maar in dit uur was er in Elizabeth geen aanklacht tegen de menschen. Tegen niemand.

Bij de nadering van den monnik werden dezelfde woorden van zooeven gewisseld, blijkbaar een afgesproken herkenningsteeken, en daarna stond Elizabeth wederom op om naast den monnik op het terras heen en weer te loopen. Een oogenblik later verscheen wederom iemand op het tooneel, in wien Felix, trots domino en masker, den Maarschalk herkende.

Naar al dit nieuws, waarvan wij het voornaamste reeds wisten, luisterde Holmes met beleefde aandacht, maar ik, die hem zoo goed kende, kon duidelijk zien, dat zijn gedachten elders waren en ik las achter het masker, dat hij gewoon was te dragen, ongerustheid en verwachting. Plotseling luisterde hij en zijn oogen werden helderder. Er werd gebeld.

Aan het woord laat men hem niet komen. "Het bloed van Danton verstikt je" bijt men hem toe. Met algemeene stemmen wordt tot gevangenneming van hem, Couthon en St.-Just besloten. Onder gejuich voeren de gendarmes hen weg. Thans werpt de commune het masker af.