United States or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !


De eend ziet er nu toch niets van!" riep Heer Jan, die opgetogen was over de gelukkige vangst. Marten haalde de lijn schielijk in, tot groote verbazing van den woerd, die niet begreep, wat er aan de hand was en zich geweldig verzette. Hij naderde snel het schuitje, waar Marten hem greep. Op het volgende oogenblik lag hij met omgedraaiden nek op den bodem.

Doodstil bleven zij zitten. De vischjes waren nu al tot op een vrij grooten afstand weggedreven, en Marten haalde de lijn zoo zacht mogelijk wat in. Opeens echter hield hij daarmede op. »St, een woerd!" fluisterde hij bijna onhoorbaar, en onbeweeglijk bleef hij zitten. »Ginds, bij het elzenboschje." »Ja, 'k zie hem," was het antwoord. De woerd zwom langzaam heen en weder.

"Dat duurt maar, tot de zomer voorbij is," riep de jongen in 't voorbijgaan. "Wie ben jij?" riep de woerd. "Ik heet, "door de kraaien gestolen"," schreeuwde de jongen. Tegen den middag sloegen de kraaien neer op een openbare weide. Ze liepen rond om eten te zoeken, maar niemand van hen dacht er aan den jongen wat te geven.

Want gij weet toch zeker, dat onder de eenden, en in het algemeen onder de vogelen, het schoone geslacht niet het vrouwelijke is, maar het mannelijke. Aan het eind onzer beschouwingen maakte mijn vader met een touw, dat hij uit den zak haalde, een lus aan de pooten van den woerd. Daarmee ging hij den woerd tegen den voordeur-stijl hangen.

Dit geschiedde natuurlijk tot groote pret van Heer Jan Gerritsz, die de lijn nu inpalmde en de eend het droevig lot liet deelen van den woerd. »Wat een paar mooie vogels, Marten," zei Heer Jan, die met welbehagen de beide eenden bij de pooten pakte, om te voelen, hoe zwaar zij waren. »Kijk eens, zoo vet als modder!"

Integendeel vonden hij en de heele troep het zoo aardig, dat ze krasten van pleizier. Hoe verder ze het land invlogen, hoe grooter de meren werden, en hoe rijker de streek aan eilanden en landtongen werd. En aan het strand stond de woerd te buigen voor zijn bruidje. "Ik zal je mijn heele leven trouw blijven, ik zal je mijn heele leven trouw blijven," zei hij.

De eend fladderde nog altoos wild in het rond, in de meening, dat ook de woerd een vroolijk spel speelde. Maar eindelijk kwam zij tot bedaren, en toen zij den woerd nergens meer zag, zwom zij heen en weer, om hem te zoeken. Zoo ontdekte zij het vischje aan de lijn van Heer Jan, en dit zag er voor haar zoo verleidelijk uit, dat zij het in den snavel nam en, hoewel met eenige moeite, doorslikte.

En nu wordt zijn geduld eindelijk beloond. Eerst komen er twee wilde eenden, die als pijlen de lucht klieven. Den woerd mist hij; maar de wijfjeseend is geraakt en ploft neder. Nauwelijks heeft hij opnieuw geladen, of daar hoort hij weer het gekrijsch van kemphanen ditmaal dicht in zijn nabijheid. Daar komen zij in den nevel opdagen. Pang! en de eerste ligt tusschen de rotsen te klapwieken.

Het woord oort of oord beteekent in deze namen een meestal lang gestrekt eilandje in eene rivier, anders gezeid een weert of waard, dat oorspronkelik, met woerd en wierde en wier, wel een en het zelfde woord als oort zal wezen. De geslachtsnaam Op den Zieke schijnt wel vreemd.

Een eend heeft geen ziekteverloop. In hetzelfde oogenblik, waarop men het een eend aanziet: "Gij lijkt wel niet goed te worden", valt zij om, en is reeds niet meer. Ach, onze schoone doode woerd! Onze sierlijke woerd, met den glanzigen blauwgroenen kop en de veelkleurige vlerken!