Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 juni 2025


Jammer, dat de zon om twaalf uur juist achter een wolk wegkroop en ons niet liet zien, hoe het kunststuk volbracht werd, om op hetzelfde moment onder te gaan en weder op te komen. Nu ik in het land van de middernachtzon ben, moet ik toch wat meer over die zon schrijven, dan ik tot nu toe deed.

En nu Bart, die schreide, zoo als een man schreijen mag, van weelde, van verrukking, van zaligheid, bij het zien van zijn evenbeeld, van zijn kind, dat niet bang scheen voor zijne ruwe handen, dat niet wegkroop voor zijn' harigen kus, die hem de armpjes toestak! Hanna's gemoed, zeide ik, was vol van den keerkringsnacht.

Zooals het hem zijn lichaam had geopenbaard, zoo zoû het hem nu ook zijne ziel openbaren. En kwam er de winter overheen, hij zoû nog staan op de grens van zomer en lente. Wanneer het bloed wegkroop uit dat gezicht, en een bleek masker van kalk met doode oogen achterliet, zoû hij nog alle glans en jeugd behouden hebben. Niet één bloesem zijner schoonheid zoû verwelken.

Dat hy niet meer wegkroop in de Pagger, zooals hy deed voor drie jaren, toen de resident kwam voorbyryden, hy die den veel grooteren heer had gezien, die te Buitenzorg woont en de grootvader is van den Soesoehoenan van Solo? Was 't wonder dat hy weinig acht sloeg op de vertellingen van wie een eind wegs met hem gingen en spraken van al 't nieuws in Bantan-Kidoel?

Een wijde mantel van zwarte stof omkleedde zijne forsche ledematen, en twee kleine duiveltjes, zoo verfoeilijk leelijk, dat Sancho Panza er voor wegkroop, begeleidden hem en waren nagenoeg evenzoo gekleed als hij zelf. Toen die kar tegenover Don Quichot stilhield, rees de daarin zittende grijsaard van zijne kussens overeind en riep met luider stemme: "Ik ben de wijze Lirgandeo!"

»Kijk! daar! daarriep Oliver, terwijl hij de hand van Rose greep en uit het raampje van de koets wees, »daar is het paaltje, waar ik over ben geklommen; daar zijn de heggen, waar ik achter wegkroop, uit angst, dat iemand mij achterhalen zou en terugbrengen! Daar is het paadje door de velden, dat voert naar het huis, waar ik als klein kind ben geweest! O Dick!

Van daar, op veiligen afstand, deden de schelmen nu zulk een dichten regen van steenen op den grootmoedigen ridder en zijn schildknaap neerkletteren, dat de eerste zich moeielijk met zijn schild konde dekken, terwijl de laatste in aller ijl achter zijn ezel wegkroop.

Tegen het donkere gat van den schoorsteen, waar een gepoetst en gepotlood fornuis in wegkroop, teekende zich het profiel van haar hoofd, een bewegelijk, zenuwachtig gezicht, onder het weggestreken en gescheiden haar dat wegdoesde om de molligheid van haar vleesch in het vage en rosse lamplicht.

Toen haar kameniers haar vonden, zagen zij, dat haar lippen purper gekleurd waren en dezelfde kleur hadden als de viooltjes, die haar omgaven, en toen zij de slang zagen, die zich nog in de nabijheid schuilhield, vreesden zij, dat haar meesteres zou sterven. Matsu had de tegenwoordigheid van geest, om haar mand bloemen naar de slang te werpen, die oogenblikkelijk wegkroop.

Woord Van De Dag

phylarchos

Anderen Op Zoek