Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 juni 2025
Het zij voldoende, uit meerderen hier het aangevoerde van de kundige en schrandere Vertalers en Aanteekenaren op de Oude Friesche Wetten aan te halen, en als het meest aannemelijk denkbeeld na te volgen. Aldaar, op bl. 132, lezen wij: »Waar in het weezen van den Adel, onder de Duitsche volken, bij ouds bestaan hebbe, kan met geen volkomen zekerheid bepaald worden.
Van hem kon getuigd worden, dat hij was een ridder zonder vrees of blaam en een sieraad van zijn stand. Rechtvaardig jegens zijne onderzaten, was hij mild voor de armen, en weezen en weduwen een beschermer. De ruiter aan zijne zijde is, hoewel niet zoo kostbaar, toch op gelijke wijze getooid als Heer Gijsbrecht.
Daarna snijdt men de lijken in stukken en gaat over tot de verdeeling van het vleesch; er wordt van weggeschonken aan de geestelijken, de oude menschen, de weduwen en weezen. Nadat ieder van de eilanders zijn aandeel heeft gekregen, wordt de rest verkocht tegen vier öre het pond. De opbrengst van de huiden, de traan en het spek komt toe aan hen, die aan den strijd hebben deelgenomen.
En zoo gebeurde het ook; de kinderen mochten in het huis blijven, precies zoolang als de officier er bleef. En een heel arme buurvrouw moest hen daar verzorgen en oppassen, want de kinderen hadden niets geen familie, en een weeshuis was er niet, en de rijke menschen, die er toch maar weinig in het stadje waren, hadden zooveel te geven en op te brengen dat ze aan geen weezen konden denken.
Wij hebben ze slechts bijeenverzameld en den doode den liefdedienst bewezen, van aan zijn weezen voogden te verschaffen, geenszins uit verlangen om zelf voordeel of roem te verwerven, maar alleen om het aandenken van zulk een treffelijken vriend en kunstgenoot, als onze Shakespeare was, levendig te houden, door zijn tooneelwerken eerbiedig aan uw hoogstedele bescherming aan te bieden."
Hij zit aan, doch zwicht voor lust naar 't lekkers niet, maar onverwoogen drinken zijn blikken 't jonge, lieve licht, 't éénige wat zij nog te zien vermoogen. 't Feestvolk stroomt uit, hij volgt, als weezenloos, 't lieftallig weezen dat haar macht niet weet en niet vermoedt wat gloed zij deed ontbranden.
Dit volk schijnt in zijne weeskinderen eveneens zich zelven te bezingen. Eene dier Lettische weeskinderen-Raudas luidt als volgt: "Wij arme weeskinderen, aan den oever van een snelvlietend beekje toevende, wachten onze moeder. O! wij treurende meisjes, verlatene weezen, gewoon in bittere ellende te ontberen: niemand weet, hoe droevig wij schreien.
Om zijn bezitting te verdedigen strijdt de eene haan wakker met den anderen; een vereeniging van twee gezinnen gaat steeds met vechtpartijen gepaard; daarentegen worden jongen, die hunne ouders verloren hebben, zeer dikwijls in een vreemd gezin opgenomen; de volwassene leiders van dit gezin toonen dan voor de weezen evenveel liefde als voor hunne eigene kinderen.
Ik heb een ander idee van God, zeide hij; 'voor mij wordt het eene kwaad niet met het andere hersteld en wordt er niet vergeven om ijdele huilpartijen, evenmin als om aalmoezen aan de kerk. En hij gaf me dit voorbeeld: 'Als ik een huisvader heb vermoord, als ik van een vrouw een ongelukkige weduwe gemaakt heb en hulpelooze weezen van gelukkige kinderen, zal ik dan aan de eeuwige gerechtigheid voldaan hebben door me te laten ophangen, het geheim aan iemand toe te vertrouwen die het bewaren zal door aalmoezen te geven aan de pastoors, die ze nog 't minst noodig hebben, door de aflaat te koopen of nacht en dag te zitten snotteren?
's Morgens van half tot heel negen uur ging er een kleine deur open in die groote poortdeur, dat was voor de schoolkinderen die geen weezen waren. En in eens kreeg hij het gevoel terug wat die open deur geweest was in zijn gekerkerde en gebonden jeugd. Dan zag hij een poosje in het daaglijksch leven daarbuiten.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek