Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 juni 2025
't Is goed, dat gij gekomen zijt Er staat geschreven: 'dien God wil helpen, heeft geen gebrek. Wanneer God u 't leven laat, zult gij ons goeden raad geven." Even zweeg mijnheer Keye. Daarna stelde hij zich dicht bij den knaap. "Vroed en goed van wapenen zijt gij, Ferguut. Hoe schoon staat u de helm, ik denk, dat gij een koningszoon zijt.
Uwe Kerk zij hij ten schild, Uwen vijand bied' hij tegenweer. Op zulk een dag krijgt men den indruk, dat 't Duitsche rijk nog een machtige eenheid is, die, door vroed beleid bestuurd, een hooge en schoone roeping in 't hedendaagsch wereldgebeuren vervult. Wie 't Duitsche volksleven echter van naderbij beziet, wordt helaas met sombere gedachten voor Duitschlands toekomst bestormd.
Alsof dit kwaad door psalmtonen of plakkaten zich weren liet, terwijl de actiën der Maatschappij tot 600 procent gerezen waren! Alsof men mannen weer vroom en vroed kon maken door hun de gouden knoopen van den rok te snijden; vrouwen weer spaarzaam en kuisch door het aantal slavinnen te beperken, die haar de satijnen zonneschermen boven het hoofd, de fluweelen slippen achter de hielen droegen!
Zoo de voorganger van onzen schoolvos zeggen mogt: "l'Etat c'est moi," uw onderwijzer is slechts de eerste dienaar des staats. Hij, de volwassene, moet omgaan met hen, die tusschen mal en vroed zijn, en zich redelijk toonen jegens onredelijken, en onwilligen leiden, en dommen beschaven, stuggen overreden door louter verstand. "De ongelukkige!" roept gij uit. Ik bid u, doe het niet te voorbarig.
En men hoorde eene stem zeggen: Onder den mesthoop kiemt de plant. Is zeven slecht, zeven is goed. Bij dwaze doctoren, leerlingen vroed; Om asch te krijgen en tevens kool Wat doet een vlooken op den dool?
En omdat hij die voorzichtigheid niet begreep, en aan enghartigheid, bekrompenheid en rassenhaat toeschreef, wat slechts het uitvloeisel was van vroed en voorzichtig staatmansbeleid, deed hij de Boeren onrecht, door hen te beschuldigen van onrechtvaardigheid.
Mijn brave herder, zeide Gawein. Verre is nog het slot van den Koning Mirakel en ik neem goom, dat mijn ors pijn heeft tegen den stroom op te zwemmen. Maak mij vroed: waar kan ik tegen de helling van den oever opstijgen daar het niet en zoo steil is? Heer ridder, riep de herder.
Stort dijne gebeden, Als ik ben op reis, Opdat ik met vreden Keer in dijn paleis; Bid Neptunus jonstig, Dat hij zij behoedig mij, En Aeool mij jonstig, Door Zefyr, voorspoedig zij. Trouw als Penelope Mij, Ulysses, wacht! Ik stel al mijn hope Op u, dag en nacht; Als Océaan woedig Het gantsche schip deyen doet, Door golven onspoedig, Zal ik aan dij peizen vroed.
Heeren ridderen, riep Gawein. Staakt gij mij van mijn ors, wel, zoo ware ik te voet! Maar te peerd of te voet, weest daar vroed van, zal ik de jonkvrouwe, die gij mishandelt, beschermen en haar toren minderen, ook al zet ik er het leven voren! Doet mij echter een bede, ridderen, voor uwe edelheden en voor Gode en voor aller ridderen eere ende laat
En inderdaad, Uilenspiegel en Nele zagen op het gras, in de lucht en in den hemel, zeven lichtende koperen tafelen, bevestigd door middel van zeven vlammende nagelen. Op de tafelen stond geschreven: Onder den mesthoop kiemt de plant. Is zeven slecht, zeven is goed. Kolen vormen diamant, Dwaze doctoren, leerlingen vroed. Is zeven slecht, zeven is goed.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek