Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 21 mei 2025
Maar na een oogenblik nadenken ging haar een licht op, en zij riep uit: "Aha! nu begrijp ik je. Op Mijnheer Ferrars is de keus gevallen. Kom, dat is aardig. Ja natuurlijk, eerst moet hij predikant zijn, en ik ben blij, dat je al zoover heen bent met je plannen. Maar kind, is dit nu toch eigenlijk niet wat vreemd? Moest de Kolonel hem dat zelf niet schrijven? Mij dunkt, dat is toch meer zijn werk."
Ieder vreemd meisje, dat vermoed wordt zich aan de prostitutie over te geven, zou voor den consul van haar land gebracht kunnen worden.
Zijn holle sombere oogen doen me onaangenaam aan. "Als hij naar me kijkt, word ik bang. Als hij met me spreekt, klinkt zijn stem zoo vreemd ... Hij heeft het dan over zulke vreemde dingen. Hij vroeg me eens, of ik niet gedroomd had van brieven van mijn moeder. Ik geloof dat hij half gek is.
Volgens hem waren deze beide voorstellingen den Kelten geheel vreemd, eene stelling welke derhalve in lijnrechte tegenspraak is met die van Paris. Wel vinden wij hetzelfde thema reeds vóór het ontstaan van "Erec" behandeld in den "Roman d' Alexandre", maar ook in de figuur van den Macedonischen held wordt het ideaal van een Fransch ridder uit dien tijd geteekend.
Ik zou graag alles voor haar gedaan hebben. Maar ik durfde niet. Waarom niet? Waarom durven de menschen soms niet lief te zijn? Ik liep langs de Bloemgracht, om haar huis aan te zien. Ik bleef er stil staan. Ik wilde aanbellen. Waarom deed ik het niet? Men zou mij vreemd gevonden hebben. Men zou mij hebben teruggewezen. Ik had geen vertrouwen genoeg op de menschen.
Toen hij nu ’s middags door den tuin van archivaris Lindhorst ging, kon hij er zich niet genoeg over verbazen, hoe dat alles hem anders zoo vreemd en vol wonderen had kunnen toeschijnen. Hij zag niets dan wat gewone kamerplanten, verschillende soorten geraniums, myrtenstammen en dergelijke.
't Was maar goed, dat ik naar huis ging. Wat vreemd toch, dat ik daar hulp voor kreeg, zoodra ik in mijn ouden tuin kwam." Maar tegelijk kwam een gedachte in haar op, die ze haast niet uit durfde denken. Ze had bericht gezonden aan haar Vader met de duiven, dat ze naar huis verlangde, en dadelijk daarna had ze hulp gekregen voor dat, waar ze al zoo lang over had gepeinsd...
Vreemd was het dat ze dat juist zoo sterk voorgevoelde en vreesde, nu hij uiterlijk veel zachter, veel gedweeër leek dan vroeger.
"Slapertje, gapertje, kijk-in-de-pot!" zei de moeder, en ook de anderen plaagden wel even, maar alles ging vreemd aan het kind voorbij, en toen lieten zij haar. In 't begin van de tweede week, als Sprotje weer 's avonds met 'r keukenstoel kwam aandragen, zei juffrouw Jonkers: "Laat maar, Marie, je mag er wel een uit de kamer nemen."
En dan in eens van ons warm nestje, van ons land, verplaatst in eene andere omgeving, in een vreemd land, zoo ver van al wat ons lief is. Die overgang zou te groot zijn. Doch dat is maar bijzaak, dit wisten wij altijd toch wel, en wij hadden er nooit tegen opgezien. Hoofdzaak is: het gevaar voor onze onderneming zelf.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek