United States or Indonesia ? Vote for the TOP Country of the Week !


We bevinden ons te midden van dichte nevelwolken, en onafgebroken stuiven de witte vlokken neer. Als dat zoo aanhoudt, zullen we wel een paar dagen hier moeten blijven, en op rantsoen gesteld worden. Twee dagen later bedaart de storm, het wordt mooi weer, en wij maken van die gelegenheid gebruik om weer een uitstapje op den gletscher te wagen.

Het is ter nauwernood dag, want de hemel is bewolkt. De tusschen hooge boorden ingesloten rivier schijnt bijna zwart; groote vlokken geelachtig schuim drijven op het water. Wij ontdekken langs den oever prachtige maripapalmen: het komt mij voor, dat de kool van dien palm, gekookt, eene zeer geschikte spijs zal zijn.

Alzoo klaagde Shawondasee Aan de lucht zijn bittre smarte, En de vlugge wind van 't Zuiden, Warm van Shawondasees zuchten, Zweefde door de verre weide, Tot de lucht van vlokken vol scheen, En de wei van distelpluimen; Tot de goudgelokte jonkvrouw Hem voor immer was ontvloden. Nimmer meer zag Shawondasee 't Zonnig Englenkopjen weder. O, bedrogen Shawondasee!

De hoed is niet effen, maar wollig, vooral in de duurdere soorten, en dat wollige en pluizige staat goed en doet den Goesenaar dadelijk herkennen. Men kent hem ook aan zijn twee zilveren broekstukken; zij zijn niet, als de Walchersche, bezet met het wapen van Holland met de leeuwen, maar keurig bewerkt met glinsterende punten en vlokken, zoodat ieder ze mooier vindt.

Want wel dacht ik: waar moet ik heen, zelfs zoo ik vermag te vluchten. Waar moest een afgebeulde ezel heen, zelfs al wist hij zich te bevrijden uit de slavernij van hartelooze houthakkers. En steeds stond ik, de binnen gierende wind tusschen mijn pooten waaiende en spelende met de vuile vlokken van mijn staart.

Niet zonder moeite scheidden wij haar. De stukken getuigden hoe moorddadig de strijd geweest was. Hier eene muts, daar een sluijer, de bodem bestrooid met vlokken haar; zoo meedogenloos waren zij elkander te lijf gegaan. "Aan tafel verhaalde de waardin, ten zeerste verbolgen, hoe brutaal de maarte zich gedragen had.

Ik ga heen als lucht, ik schud mijn witte lokken bij het wegsnellen van de zon, Mijn vleesch wordt damp en drijft weg in sierlijk-gewaaide vlokken. Ik vermaak mij-zelf aan het slijk om er het gras uit te laten groeien dat ik liefheb, Indien gij mij opnieuw mocht wenschen te zien, zie dan naar mij uit onder uwe voeten.

Ze schoot Mozesstralen, bracht zilver en goud op het purper en geel en wit, en sloeg vonken in de lucht. En wie er mee deed aan dit wolkenspel, dat waren de duiven, die, in kladden of alleen, hoog opstegen, zich uit de lucht lieten vallen, nu eens wit als papier waren op het donker purper, en dan weer als gouden vlokken rakend eenen Mozesstraal. O, het wolkenspel!

Hij trad achteruit in zijn kamer en de kleine vlokken, die om de ruiten dwarrelden, zagen nog lang zijn door smart verwrongen gelaat. Den volgenden morgen riep Karel de Groote de wijze raadsleden bijeen. De oude getrouwen ontstelden bij zijn aanblik. Rimpels doorploegden zijn voorhoofd en verdriet lag op zijn afgematte trekken te lezen.

Wanneer zy verhalen, dat in het Noorden de lucht dikwijls geheel vervuld is met neêrvallende vederen, 't geen het reizen aldaar moeilijk maakt, is het zeker, dat zy van de sneeuw spreken, waarvan die hun dit meêgedeeld had zich geen denkbeeld had kunnen maken dan uit vergelijkende beschrijvingen, die het uiterlijk aanzien der vlokken betroffen.