Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 juni 2025


"Dat was eerst goed gesproken, Massa Rustig; en wat dien meneer Vigors betreft wees maar niet bang, dat je hem niet aan zoudt kunnen, dat kun je stellig," vervolgde de neger, terwijl hij de spieren van Jacks armen betastte, "ik durf er een heele week loon onder verwedden." "Bang ben ik niet," antwoordde Jack, "ik heb wel grootere jongens dan hij is onder de knie gekregen."

Nauwelijks had meneer Jolliffe uitgesproken, of Vigors en O'Connor, die het nieuwtje van Jack's ketterij gehoord hadden, kwamen beneden. "Gij kent de heeren Vigors en O'Connor nog niet," zei Jolliffe tot Rustig. Jack, die een toonbeeld van beleefdheid was, stond op en maakte een buiging, waarop de anderen plaats namen, zonder zijn groet te beantwoorden.

In plaats dat zijn baksmaats den gek met hem staken, haalden zij hem aan; Jolliffe glimlachte over zijn onzinnigheden en trachtte hem die uit het hoofd te praten, en de anderen mochten Jack gaarne lijden om hemzelf en om zijn edelmoedigheid, en vooral omdat ze in hem een beschermer zagen tegen Vigors, die hen allen ringeloorde.

Meneer Smallsole moet maar een ander zien te vinden om den mast in te zenden. Het spijt me alleen voor dien armen Gossett; houdt Vigors mij voor dood, wat zal hij 't dien armen stakker dan benauwd maken maar als ik terugkom zal hij er van lusten. In elk geval wil ik van mijn kruistocht niet afzien."

Bij de geheele bemanning van het schip stond Jack in hooge gunst, behalve bij zijn vier vijanden den stuurman, Vigors, den bootsman en den onderbetaalmeester. Vigors had de wijste partij gekozen en zijn eindje touw in zijn kist geborgen tot Jack weer eens een tocht mocht ondernemen.

Het scheepsvolk had evenveel hekel aan den bootsman als aan Vigors, terwijl Jack, zoowel om zijn stellingen over de rechten van den mensch als om zijn ringelooren van hun twee grootste vijanden, de gunsteling werd van de zeelui, en daar zulke gunstelingen steeds met een bijnaam vereerd worden, noemden ze onzen held Jack Gelijkheid. Negende hoofdstuk.

Deze wilde juist antwoorden, maar Vigors was hem voor: "Ja, je bent hier op voet van gelijkheid, dat wil zeggen: je hebt een gelijk recht in de kajuit, zoolang je er niet uitgesmeten wordt wegens onbeschaamdheid tegenover je meerderen; je hebt een gelijk aandeel te betalen in de dingen die voor den bak gekocht worden, en een gelijk recht om er je portie van op te schranzen, als je ze maar krijgen kunt; je hebt een gelijk recht van spreken, zoolang je niet gezegd wordt je mond te houden.

In minder dan een kwartier lag Vigors doodaf op den grond, met een paar gezwollen oogen en drie tanden uit zijn mond; terwijl Jack, na zich eens flink gewasschen te hebben, uitgenomen een paar schrammen, er even frisch uitzag als te voren.

"De stakker zal er danig van gelust hebben in mijn afwezigheid, licht dat ik hem tenminste voor ditmaal verlos." Jack wikkelde zich in zijn mantel, gluurde door het raampje van de voorlongroom naar binnen, en zag dat het juist zoo was als hij gedacht had. Met een verbolgen stem bulderde hij: "Meneer Vigors, je zoudt me verplichten met Gossett te laten gaan."

Zoo kreeg Jack opeens den rang van een oudste, en werd weldra de toongever. Als onze held het tegenover Vigors had moeten afleggen, zou het geval juist omgekeerd geweest zijn. Hij zou dan hetzelfde te lijden hebben gehad, waaraan de meeste nieuwelingen in den zeedienst zijn blootgesteld.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek