United States or Cocos Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar de stilte duurde, verzwolg den tijd.... En tusschen de plooien der overgordijnen kwam grijzig 't onzekere morgenlicht. De kamer geraakte in schimmige schemering.... De sleutel van de voordeur lag beneden in 't mandje, dat op het buffet stond. Om kwart over vijven zette ze 'n hoed op, deed haar manteltje om.

Daarbij kwam nog "skyr," eene soort van gestremde melk met beschuit en smakelijk gemaakt door jeneverbessensap; eindelijk tot drank wei met water, hier "blanda" genoemd. Ik kon er niet over oordeelen of dit zonderlinge voedsel lekker was of niet. Ik had honger en bij het nagerecht verzwolg ik, tot den laatsten mondvol toe, eene dikke boekweitepap.

Vergeefs! een zwarte nacht Verzwolg het dierbaar paar dat ons had voortgebracht. Hoe schetse ik u den staat van ons, ontzette telgen! Gods Almacht daalde omlaag met alverwoestend belgen Wij sidderden, van liefde en deernis aangedaan, Maar offren ons gevoel, en bidden zwijgend aan.

Dan dekte het zeezout het zuchtende land, Verwijderde staag het bedwingende strand, Deed honderden, duizenden sneven. En huizen, en hoven, en menschen, en vee Verzwolg ze, die woeste, verslindende zee, En naakt en berooid moest hij vlugten De landman; 't verlies van zijn have getroost, Behield hij zijn vrouw maar, zijne ouders, zijn kroost, Wier dood er zoo velen deed zuchten.

Een golvende oceaan rees borr'lende uit den grond, Hief lijken in de lucht, die onder de aarde sliepen, En spoelde in d' afgrond weg, wie dobb'rend bystand riepen: En, daar ze in 't doodsgevaar in Segols armen vlood, Verzwolg haar, aan zijn hart, de zichtbre muil der dood.

"Toen verscheurde de hoop weder haar sterrenkleed, en de engelen trokken den sluier over de oogen van den nacht neder, en de zee verzwolg mij, en ik zonk tot in den diepsten afgrond van den lichamelijken dood.

Geesten spreken! Vloeiende echo's klinken Nog van hun hemelstemmen na. Ik hoor. Volg, o volg! Wen ons lied dreigt te zwijgen, Waar een grot ons verzwolg Waar wouden stijgen Volg, o volg, Waar een grot ons verzwolg.

Hij herinnerde zich zijn bedwelming, zijn dronkenschap van Cosette, de liefde die alles verzwolg, deze opvoering van het een door het ander in het ideaal, en misschien ook als de geringe mate van verstand in dien geweldigen en bekoorlijken zielstoestand vermengd een onduidelijk, dof instinct om dit vreeselijk avontuur in zijn geheugen te verstikken, waarin hij niet gemengd wenschte te zijn, dewijl hij noch als verhaler noch als getuige kon optreden, zonder tevens beschuldiger te moeten worden.

Soms rekte hij den kop naar voren, de strot ging op en neêr in een slikkende beweging, als verzwolg hij iets dat hem van binnen kwam dringen in de keel. Benauwd rekte hij nog een paar malen met den nek en viel toen plotseling om, dood in het zand. Een andermaal begon de krijg der verrukte geluiden.

Er waren Kaïns en Abels; Pharaohs dochters, Koninginnen van Scheba, hemelsche boden die uit de lucht afdaalden op wolken als veêren-bedden, Abrahams, Belshazars, Apostelen die in botervlootjes in zee staken, honderden figuren, om zijne gedachten bij te doen stilstaan; en toch kwam dit gezicht van den zeven-jaar-dooden Marley telkens terug en verzwolg al het andere evenals de tooverstaf van den ouden profeet.