United States or Ireland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het gezang houdt ineens op en een stoere varensgezel van ongeveer zeventien jaar snelt op den eenzamen wandelaar toe en roept: "Huib, Huib, waar jij heen?" Huib kijkt op en ... "Bijlo, kwâjongen, je laat me schrikken. Waar kom-je vandaan, Jonge Kees?" "Wel, ik ben eens even naar Vlieland geweest en op zee ben ik overgestapt op eene visschersschuit van Maassluis! En waar gaat gij heen?"

Het scheepsvolk heeft dezen hoogen titel volgens zijnen gewonen stijl toegepast op den varensgezel, die voor de hoenders en de varkens van den kapitein zorgt. Evenwel werd het woord ook elders op lagere bedieningen toegepast, gelijk in Overijsel op de mannen, die het beheer der gemeenteweide hebben, welke men weidegreven noemt.

En het is juist deze strooming die dien naam mee op zijn geweten heeft." "Ik heb 's gepraat met een varensgezel in Sydney", zei mijnheer Konig. "Hij had lang gehandeld in de Paoemoetoe's. Hij vertelde me dat verzekering daar achttien procent was. Is dat zoo?" McCoy glimlachte en knikte. "Als ze nog verzekeren", vulde hij aan. "De reeders schrijven ieder jaar twintig procent op hun schoeners af."

Eensklaps hield hij met dansen op; hij greep zijne viool en speelde zijn triomfmarsch zoo hartstochtelijk, als ik ooit van hem gehoord had. Intusschen ging ik voort met aan den varensgezel, die zoo goed was geweest om ons te antwoorden, nieuwe vragen te doen. Twijfelen was niet langer mogelijk: het was De Zwaan, die ongeveer twee maanden geleden Charenton was gepasseerd, de Seine opvarende.

"Zoek-je een schip, kompeer?" vroeg mij een varensgezel. "Ja, hoe eer hoe liever!" gaf ik ten antwoord. "Ga dan maar mee," sprak hij. Ik volgde mijnen nieuwen makker en een half uur later was ik aan boord van de Drie Zusters, een flink oorlogsfregat. De bemanning was voltallig. De kapitein kwam aan boord en ... bedrogen mij mijne oogen? Wie was dat?

Minder gunstig echter viel ons bezoek in het wijnhuis uit, waar wij tot bescheid bekwamen, dat de persoon, die wij zochten, wel sedert drie weken daar aan huis had verkeerd, doch sedert een paar dagen met een varensgezel, die een oude bekende scheen, was afgetrokken.

"Zij had haar man tot haar bescherming," antwoordde de Heer Bos: "en sedert deze onlangs overleden is,... gij ziet zij draagt nog den rouw over hem ... woont haar zoon, een afgedankte varensgezel, bij haar in. Wel is waar, aan dezen heeft zij weinig hulp; want, naar zij mij vertelt, is hij meestal, en ook thans, van huis en verdoet zijn tijd in de kroegen en dobbelhuizen."