Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 21 november 2025
Een «praatje?» Maar leest het dan, gy vuige belagers van paladyn JUT en advokatenwaardigheid, leest en overdenkt de woorden die hy op 't schutblad van den huwelykspresent-bybel, z'n teedere hartsvriendin toeroept! Leest, en vraagt uzelf af, of zùlke taal 'n pleiter aanleiding geven kan ... wat zeg ik, of zulke taal mogelykheid overlaat tot het houden van 'n «praatje?» Wat staat er?
De dokter heft eensklaps het hoofd op, en een gelukkige lach speelt om zijn lippen, als hij de slanke gestalte zijner dochter voor het huis ziet verschijnen. Weit! weit! weit! Flieg' ich noch heut! klinkt het weer, terwijl Albertine nadert en nog buiten haar vader toeroept: "Goede morgen, papaatje! Goed geslapen?"
Terwijl ik me nog verwonderde over wat die daar deden, vertelde mijnheer me: "Die komen om U uitgeleide te doen"; en toen ik nog heel verrast en ontroerd vroeg: "Wat moet ik tegen ze zeggen?", hoorde ik al om me heen de zangerige woorden, in 't Grieksch en Turksch gesproken, om mij toe te vertrouwen aan de Panayitza of Heilige maagd, en aan Allah; en ik herhaalde maar 't eenigste wat me te binnen schoot, den vromen wensch dien men elkaar hier sinds jaren toeroept in 't moeilijke, slaafsche leven: "God geve U kracht". Zoo liet ik het landgoed achter me, en na in Smyrna nog even eenige goede vrienden vaarwel gezegd te hebben, ging ik slapen, want 't was morgen vroeg dag.
Dirk is in spanning, omdat hij begrijpt, dat in het taschje wel iets van waarde kan zitten; daarom schiet hem de gedachte door ’t hoofd: „Wie weet, of je daar geen fortuintje hebt?” Hij tracht zich zoo onbevangen mogelijk voor te doen en doet daardoor juist iets ongewoons, zoodat de baas, die weer in den stal is gekomen, hem toeroept: „Nou, jij schijnt van morgen in je knollentuin te wezen.”
Want hij gevoelt het wel, de machtige heerscher, dat ondanks al zijne reuzenkracht en zijn onberekenbaar vermogen, waartegen de zwakke mensch niets vermag, toch de wil van dien zwakken nieteling hem regeert en hem het onverbiddelijke: "Tot hiertoe en niet verder!" toeroept, waarvoor hij zwichten moet.
Nabij San-Giuliano, het laatste van de drie stations tusschen Lucca en Pisa, verrijzen kale bergen, die de weelderige, overstelpende vruchtbaarheid van de vlakte nog te sterker doen uitkomen; weldra slinken en verdwijnen die bergen; ge ziet aan alle zijden nog slechts de wijde effen vlakte, die u als het ware toeroept, dat de zee niet verre is.
Zij komen, werkend en proestend, stormen hoog op hem af, en trekken zich weer terug, alsof zij hun witte koppen gestooten hebben. Maar 't is een stormloopen: zij gebruiken groote ijsstukken als schild, stukken hout als stormrammen; zij storten, bonzen en bruisen tegen den armen muur op, tot het opeens is, alsof deze hun een: "Wees voorzichtig!" toeroept.
Wee u, gij oproerige golven; nu geldt het in waarheid een strijd voor de vrijheid! Nu komt Gösta Berling naar de beek; nu hebben de lieden een aanvoerder, nu staan de verdedigers op de muren; nu begint een geweldige strijd. Hoor, hoe hij de menigte toeroept! Hij beveelt, hij zet allen aan 't werk. "Licht moeten we hebben, allereerst licht.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek