Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 16 juni 2025


Hij zegt: Gij, hoor toch, waarom dit geschiedt: Het is, vermits hij daaruit ziet, Hoe zich een jonge vrijster heeft, Als hij zoo zeldzaam met haar leeft; Of zij dan ook een jonkman viert, Dan of ze lui en leelijk tiert, En of haar eertijds zoet gestel Verandert in een norsch gezwel.

De mapé bereikt dikwijls een kolossalen omvang; zijn dicht gebladerte overschaduwt in wijden omtrek den dorren grond, waarin hij bij voorkeur tiert; even als de kokospalm groeit hij langs het strand, in den zandigen, met fragmenten van koraal vermengden bodem; beiden zijn de geliefkoosde schuilplaats van eene zekere soort van landkrabben, die door de inboorlingen gegeten worden.

"Op 't kerkhof "Eik-en-Duinen" Rijst aan uw linkerhand Het muurstuk van een kerke, Verbrok'lend te allen kant; Een enkel poortje als doorgang Bleef in den muur gevest, En boven op de spitse Heeft de ooievaar zijn nest. 't Klimop weeft om de steenen Zijn altijd glanzend loof En donzig mos tiert welig In elke spleet en kloof." Ant. L. de Rop.

Zijt gij... Uwe ontelbaarheden staan het stormend volk gelijk, strijdbaar in 't bezit getreden van des Winters koninkrijk! Nutloos, in zijn' zware ellenden, heeft het land om hulp gewacht: komt en stoort des vijands benden, velt hem voor uw' legermacht. Breekt zijn' bergsteê, slaat zijn' ridderen, scheurt zijn' vanen: roept en tiert, dat de verste velden zidderen van 't geruchte: zegeviert!

Het is juist in die woningen dat de gedwongen prostitutie in den gruwzaamsten vorm welig tiert. Zoo werkt de wettelijke regeling der prostitutie toestanden in de hand, waarvan het bestaan door de meesten onzer te nauwernood wordt vermoed.

Er zijn weinige winkels, en die weinigen maken nog eene vrij armoedige vertooning; het aantal voorbijgangers is zeer gering; het gras tiert dan ook welig in de straten, waarvan sommigen tot weide zouden kunnen dienen, en onder dat opzicht op die rivieren van Toskane gelijken, waarvan de droge bedding in den zomer en den herfst geheel begroeid is.

Ha! ware ik in de plaats van den goeden God geweest, ik hadde hun drinken, bier of wijn, veranderd in vuil, walgelijk schotelwater, ja, in vuile, stinkende loog, waarin zij hunne vuile hemden en drekkige lakens hadden kunnen wasschen. "Ja, tiert, ezels die gij zijt, brult: "Leve de geus!" Ja, tiert maar op, doch ik ben profeet.

Wat moet er worden van dit heele gezegende huis, waar alles tiert behalve arbeid!" Maar toen het middag werd, kwamen de huisgenooten bijeen. De beste Ferdinand, de zoon des huizes, en de vroolijke dochters kwamen thuis met de geleende mierikwortel. De kapitein kwam, opgefrischt door een bad in een wak in het meer en een jacht in het bosch.

Ik kan u al myn verdriet niet vertellen; daar is in vele opzichten zulk een zweem van beuzelagtigheid by, dat gy, die zo gelukkig leeft, niet kunt geloven, dat het my treft. Ik heb geen de minste vryheid; komen myne Meesters, dan tiert zy als een zottin; ik mag niet op myn Clavier spelen; ik mag my niet kleden, zo als ik gewoon ben; ik mag niemand zien dan in haar byzyn.

Op dertigjarigen leeftijd is de vrouw, op wie de verplichting rust om haar schoonheid en boven al de reinheid en frischheid van haar gemoed tot in den hoogen ouderdom te bewaren, ten gevolge van dezen verschrikkelijken arbeid in de mijnen, die haar tot slavin maakt van een werk dat met haar natuur strijdt en tevens tot slavin van den man; op dertigjarigen leeftijd is zij eene afgeleefde, verwelkte tooverkol, wier gebogen figuur en hoekige vormen afschuw inboezemen, die rookt, zich bedrinkt, vloekt en tiert als de ruwe kerels, met wie zij voortdurend in aanraking is.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek