Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 juni 2025
DROMIO VAN SYRACUSE. Ik zocht naar de krijtbergen, maar kon niets wits vinden; doch ik gis, dat het op haar kin lag, van wege den zilten stroom tusschen haar kin en Frankrijk. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Waar Spanje? DROMIO VAN SYRACUSE. Op mijn eer, dat zag ik niet, maar ik voelde de hitte er van in haar adem. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Waar Amerika en de beide Indiën?
DROMIO VAN SYRACUSE. Bij mijn ziel, heer, mijzelf niet; ik behoor aan een vrouw toe, die aanspraak op mij maakt, mij vervolgt, mij wil hebben. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Welke aanspraak maakt zij op u?
DROMIO VAN SYRACUSE. Wel heer, zulk een aanspraak, als gij op uw paard maakt; en zij zou mij willen hebben als een beest; niet dat zij mij wil hebben, omdat ik een beest ben; maar zij, die een zeer beestachtig schepsel is, maakt aanspraak op mij. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Wat is zij voor een schepsel?
Het was geen oogenblik twijfelachtig, of zijn toehoorders stonden met gespannen aandacht naar hem te luisteren; immers hij vertelde de Spartanen en de afgezanten uit Syracuse alles omtrent de plannen der Atheners, hoe zij eerst op Syracuse en daarna op Carthago zouden losstormen, om ten slotte Sparta en haar bondgenooten aan te vallen.
DROMIO VAN SYRACUSE. Een schip, waarop ik plaats voor u zou nemen. ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Gij dronken slaaf, gij, moest een touw mij halen; En 'k zeide u ook waarom en tot wat einde. DROMIO VAN EPHESUS. Een touw, heer? dan toch met een schip aan 't eind? Gij zondt mij naar de haven, om een schip. ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Ik doe die zaak wel nader met u af, En leer uw ooren beter acht te geven.
Maar als gij wilt, zal ik U tegen vijf uur op de markt ontmoeten, En ben tot slapenstijd dan tot uw dienst. Thans roepen mij mijn zaken elders heen. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Tot vijf uur, gaarne. Nu ga ik wat slent'ren En recht op mijn gemak uw stad bezien. KOOPMAN. Nu, ik wensch u met uzelven veel genoegen.
ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Ah zoo! meent gij een gerechtsdienaar? DROMIO VAN SYRACUSE. Ja, heer, den oppersten van de bende; die zijn banden klaar heeft voor ieder, die een verbintenis wil verbreken; een, die altijd iemand rust gunt, en zegt: "Blijf maar zitten!" ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Nu man, genoeg; gun aan uw grappen rust. Zeilt er van avond ook nog een schip uit? Kunnen wij vertrekken?
DROMIO VAN SYRACUSE. Zij is niet hooger, dan zij breed is; zij is een kogel, een globe; ik kon landen op haar vinden. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Op welk deel van haar lichaam ligt Ierland? DROMIO VAN SYRACUSE. Op haar achterdeel, heer; ik herkende het aan de moerassen. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Waar Schotland?
ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Ik heb mijn vader nooit, neen, nooit gezien. ÆGEON. Wij scheiden voor pas zeven jaar, bedenk het, In Syracuse, knaap. Zeg, schaamt ge u, zoon, Nu ik ellendig ben, mij te herkennen? ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. De hertog, en een elk, die hier mij kent, Zijn mijn getuigen, dat het niet zoo is; Ik ben in Syracuse nooit geweest. 325
DROMIO VAN SYRACUSE. Dat herkende ik aan de onvruchtbaarheid, midden in de holte van haar hand. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Waar Frankrijk? DROMIO VAN SYRACUSE. Op haar voorhoofd, dat afvallig is en in opstand tegen zijn hoofd. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Waar Engeland?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek