Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 juni 2025


Als dol draafden de jongens nu hun broer en de beide Stargardts te gemoet, niet achtend de stompen en verwenschingen die hun deel werden, waar zij, zich door de menigte spoedend, er een op de teenen trapten of tegen het lijf boften. »En waar zijn vader en moeder?" vroeg Reinier, onmiddellijk na de allerhartelijkste begroeting.

Want als zij begon met den leuningstoel af te stoffen, dan herinnerde dit meubel haar aan Franciscus; mijmerend over den armen kreupele stond zij dan langen tijd roerloos met den stofdoek in de werkelooze hand; nam zij een mat op, de indrukken van zijn kruk werden haar als smartvertrokken monden, die klagelijk van den dierbaren doode spraken; die stoelen, de tafel, dat kastje, de Friesche klok daar, al die voorwerpen, samen hadden zij ze gekozen en gekocht, elk meubelstuk had zijn kleine geschiedenis, onderdeel van het familieleven der Stargardts vormend; ieder ding kreeg een ziel voor moeder Jane, en de zielen van al die lieve dierbare voorwerpen om haar heen, begonnen nu met weeke, weenende stemmen van hun verleden te fluisteren...

Voor een poosje namelijk was het Jakob eens opgevallen, dat zijn broer het boek onder het lezen wat dichter bij de oogen hield dan hijzelf. Dadelijk hadden zij daar toen allemaal een reden tot ongeschiktheid voor den dienst in gevonden. Op den morgen van den lotingsdag had echter geen van de Stargardts nog eenig vertrouwen meer in de deugdelijkheid van het kortelings ontdekte vrijstellingsmotief.

Door talrijke gendarmen begeleid volgt de droeve jongelingenschaar de aanvoerders als weerloos slachtvee. Willem Stargardts familie is niet aanwezig. Om hem het heengaan niet nog moeilijker te maken had hij dringend verzocht, dat het laatste afscheid den dag te voren in het ouderlijke huis zou plaats hebben.

Met een prikkelende trilling in zijn beenen ging hij naar de plaats waar zijn signalement werd opgenomen, en een oogenblik later stond hij weer op straat. Al dien tijd hadden de andere Stargardts daar in het vreeselijkste ongeduld staan wachten. »Daar komt hij!" riep Jakob nu opeens. »Maar..." »Hemelsche goedheid!

Reinier wilde juist zijn glas aan de lippen brengen, toen Ros, die Stargardts oppasser geworden was, aankwam en zich, salueerend, tot den gastheer richtte met de boodschap: »Commandant, de ritmeester wou u graag even spreken." »Verduiveld!..." riep Reinier, niet in staat een opwelling van drift te bedwingen. »'t Is goed!" zei hij tegen den huzaar, die daarop rechtsom-keert maakte en aftrok.

De beide Paaschdagen die nu volgden, gingen voor de Stargardts niettemin treurig voorbij; want hun spreken en denken was steeds over Willem: Waar hij nu wel wezen mocht, of zij hem ooit nog wel eens terug zouden zien, ja, of het misschien toch niet beter zou zijn geweest, als hij zich maar gewillig weer aangemeld had.

Voor het stadhuis was een groote ophooping van menschen; de Stargardts hadden moeite, er door te komen. Maar eindelijk was dit toch gelukt. De beide ouders en Jakob wilden nu méé naar binnen treden, maar door de gendarmen die den ingang bewaakten, werden zij met barschen grauw teruggehouden. Alleen Willem mocht binnengaan.

Woord Van De Dag

innewaerts

Anderen Op Zoek