Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 mei 2025
Op! en, eer u, moede en mat, De arm des bleeken doods omvat, Pluk u nog een enkel blad Uit den krans der glorie! Daar waar Caraöns zilvren vloed 't Bekrompen heuvelvlak dooradert, Verhief, in grijsverleden tijd, Een rieten stulp zich in 't gebladert'. Verwijderd van het stadsgewoel, Slechts starende op den Albehoeder, Bloeide Emma hier in stille rust, In de armen van de beste moeder.
Ook dingen van wonderbaar poëtischen aard had zij voor mij bewaard. Op een avond in de schemering, toen het stadsgewoel tot rust was gekomen en een parelmoeren licht zich over de ivoren stad uitspreidde, kwam ik op de markt tegenover het paleis van den Gouverneur. Aan den horizon, dien ik aan het eind der straten onduidelijk kon waarnemen, trokken nevels op.
Naar beide trekt mijn hart; aan den eenen kant in uwe nabijheid te komen; dan samen te zijn met de zusjes, die zeker op Modjowarno komen, als de ingewonnen informaties bevredigend zijn buiten wonen op een eenvoudig plaatsje, ver van 't stadsgewoel en kleinzielig menschengedoe, temidden van eenvoudige harten, reine zielen, die leven in een atmosfeer van mooie, heilige, zich aan anderen gevende Liefde en 't andere...?
Ook dingen van wonderbaar poëtischen aard had zij voor mij bewaard. Op een avond in de schemering, toen het stadsgewoel tot rust was gekomen en een parelmoeren licht zich over de ivoren stad uitspreidde, kwam ik op de markt tegenover het paleis van den Gouverneur. Aan den horizon, dien ik aan het eind der straten onduidelijk kon waarnemen, trokken nevels op.
Rustig voortwandelend, nu en dan van een bank onder het lommer het stadsgewoel gadeslaande, zonder evenwel ons gezelschap te zien opdagen, komen wij langs het colossale stationsgebouw en het statige Palace Hotel in de prachtige, aan den ingang met een hooge obelisk prijkende Avenida da Libertade, een breede, 1500 M. lange boulevard met palmen en ander geboomte, gras- en bloemperken, zorgvuldig onderhouden en door aanzienlijke huizen omzoomd.
Zoo liep hij dien Maandag door de drukke stad te dwalen, zocht eerst den Maaskant op, liet de herrie aan de havens zich tot suffrig wordens overdaveren het schril gefluit en hoornig toeteren, van zwaren weemoed vol, der groot-zwart-ijzeren booten, het koe-geloei, het schaapgekerm, het heesch gegil der opgeheeschen varkens, 't snerpende gepiep der kranen, de kolossen die hij dreunend draaien zag; hij luisterde naar 't rauw geschreeuw, het vloeken van de sjouwers, naar 't krakend donderen der tonnen in het ruim der booten, naar 't bolderen van de hooggeladen sleeperswagens, 't vonken slaand getrap der paardenhoeven tegen de nijdige keien..., maar altijd hoorde hij in zijn ziel haar zachte stem, licht trillende van innigheid...; toen ging hij naar 't hart van de stad, over den altijd glibberig zwarten vloer der half-duistere straten, vermijdend op te kijken naar den verren hemel, om zich zóó heelemaal gevangen in het stadsgewoel te voelen; hij bekeek het rommelige moois der stoffige uitstalkasten, lang, zijn best doende alles goed te zien..., maar dadelijk vergeten wat er lag, want ieder voorwerp keek hem aan met Annie's oogen.
Dat was ook waarlijk geen wonder, want hunne onderneming was een brutaal stuk, dat groote gevaren opleverde. Eindelijk konden zij de menschen aan den IJkant reeds duidelijk onderscheiden, en het rumoer van het stadsgewoel drong tot hen door.
Te Venetië ziet men dan ook niets van 't geen wij vooral stadsgewoel noemen: geen paarden en koetsen; geen wagens en karren; daarvoor treedt hier de bevallige gondel met zijn snaakschen en soms geestigen roeier in de plaats; terwijl de koetspoort door de waterpoort, de stoep door den watertrap vervangen wordt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek