Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 8 mei 2025


De lang verbeide dag was voorbij. Ben-Hur en Ilderim waren de rivier overgestoken en toefden daar nog, totdat zij, zooals te voren bepaald was, te middernacht de karavaan konden volgen, die dertig uren geleden reeds op reis was gegaan. De Sheik was overgelukkig.

Dat verzoek voorziende, heb ik alles in orde gebracht en leg ik u hier een opgaaf voor hetgeen tot een volkomen begrip noodig is. Zij omvat twee zaken: het vermogen en onze onderlingen verhouding. Wat hier geschreven staat zal u alles duidelijk maken. Wilt gij het nu lezen? Ben-Hur nam de rol aan en zag naar Ilderim. Neen, zeide Simonides, laat de tegenwoordigheid van den Sheik u niet weerhouden.

Hij had zijn jongen vriend vorstelijke aanbiedingen gedaan; maar deze had alles afgeslagen, zeggende dat hij volkomen tevreden was met de vernedering van zijn vijand. De edelmoedige tweestrijd bleef lang onbeslist. Bedenk toch, zeide de Sheik, wat gij voor mij gedaan hebt.

Zij gaat mij echter te langzaam, daarom reden wij hedenmorgen vooruit. Voor roovers op den weg zijn wij niet bang, want wij hebben een geleibrief van Sheik Ilderim, en tegen roofdieren is God onze beschutting.

Het moet even vlug zijn als de andere. Ilderim keek hem verwonderd aan; maar zonder opheldering te vragen riep hij een der slaven. Laat hen het tuig voor de vier brengen, en den teugel voor Sirius, beval hij. Toen stond de Sheik op en zeide tot Ben-Hur: Sirius is mijn lieveling en ik ben de zijne, zoon van Arrius.

Bij deze laatste woorden ging hij naar drie zware palmboomen en klopte tegen hun bast, zooals hij zijne paarden op den nek geklopt zou hebben. Wie anders dan de Sheik had het recht om der karavaan: halt toe te roepen, of van de tent te bevelen: hier worde zij opgeslagen?

Na met een handdruk de afspraak bezegeld te hebben zeide Ben-Hur: Datgene waarmede ik u belasten zal, is niet moeilijk, goede vriend, en zal uw geweten niet bezwaren. Laat ons nu verder gaan. Een poosje later begon hij weer: Kent gij Sheik Ilderim? Ja. Waar is dat Palmbosch? of liever: hoever is dat van hier? Malluch aarzelde een oogenblik. Hij dacht aan het geschenk der schoone vreemdelinge.

Zij zullen u zeggen, de lasteraars, mogen hunne dagen verkort worden, sprak de Sheik heftig, zij zullen u zeggen, dat onze paarden afkomstig zijn van de Niseïsche velden in Perzië. God gaf den Arabier een onmetelijke zandvlakte, met eenige kale bergen en hier en daar een bron van bitter water, en zeide tot hem: Zie uw land!

Het verhaal gaat, dat die Sheik den koning duizend ruiters leende, die hem nu hier dan daar in de wildernis verborgen, totdat zich eene gelegenheid aanbood om hem te wreken, zijne vijanden te verslaan, en den koning troon en rijk terug te geven.

Eerbiedig deze beschikking van uwen vader. ILDERIM, de Edelmoedige, Sheik. Wat zegt gij daarvan? riep Ben-Hur verbaasd. Esther nam de brieven en las ze nog eens vergenoegd over. Simonides bleef zwijgen. Zijne oogen rustten op het schip, hij dacht na. Eindelijk zeide hij: Zoon van Hur, de God onzer vaderen heeft u zeer gezegend in de laatste jaren. Gij hebt veel reden tot dankbaarheid.

Woord Van De Dag

kiest

Anderen Op Zoek