Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 7 mei 2025


Wij maken allerlei wendingen en omwegen; nu eens plotseling nederdalende tusschen twee muren, met vochtigen uitslag bedekt en flauwelijk verlicht door een schemerende lantaarn; en dan weder uit de diepte naar boven klauterende langs hooge, uitgesleten en glibberige trappen, en komen eindelijk op een platform, dat de gansche stad beheerscht, en vanwaar men de golf, de eilanden en de zee overziet.

Daar vervalt het schoone woord Hem wien reeds de zaak behoort, Die haar diepst heeft liefgehad Zonder dat. Wij hebben ons vandaag verlaat! Pas bij de laatste brug Waar 't voetpad tusschen 't gras vergaat, Daar keerden wij terug. Achter ons dekt de witte damp De schemerende landen. Zóó zijn wij thuis. Wij zien de lamp In looveren warande ...

De helderblauwe lucht, de zich bewegende zon, maan en sterren, de groote eindelooze horizon de schemerende verte zijn zaken die bij de Duitsche dichters eene niet minder opmerkelijk groote rol spelen. De reis-novelle is eene nieuwere literatuur-soort, die door de Duitschers en hunne Engelsche broeders met voorliefde beoefend wordt, en bij de Franschen en Italianen nauwelijks bekend is.

Weder deinden haar gedachten weg Het kloppen had opgehouden. 't Was even stil. Waarom opende de gravin haar oogen, en zag ze haar moeder verschrikt aan? Er was nog geen geluid, en toch was er een naderende dreiging een schemerende angst. "Moeder moeder," klaagde de jonge vrouw. "Wat wilt gij, mijn dochter?" En ineens zongen de priesters, die Reynout's lijk wegdroegen.

Het werd avond, de lucht was vervuld met den geur van den wilden tijm en de bloeiende linde; om de met boomen begroeide bergen lag als het ware een schemerende, blauwe sluier verspreid; er heerschte wijd en zijd een stilte, niet die van den slaap of den dood, neen, het was, alsof de gansche natuur den adem inhield, alsof zij gevoelde, dat zij zich stil moest houden, opdat haar beeld op den blauwen grond van den hemel zou gephotographeerd worden.

Gij zijt in de stad, die zich ver langs de rivier uitstrekt, en krijgt toch voortdurend den indruk, dat ge u buiten bevindt: want telkens en telkens dwaalt uw blik over het groene weiland, waar de runderen grazen, en waar in de schemerende verte de horizon wegduikt in den fijnen wazigen, zilvergrijzen nevel.

Daar vóór u ligt het Veersche Gat, met het in groenen weerschijn schemerende water aan uw voet, dat verderaf opkleurt tot zacht matblauw en van verre in schitterende glanzen opkabbelt tegen de witte helling, waarmede Walcherens westelijke duinzoom uitsteekt naar het noorden.

Meer dan deze boomen en deze schemerende daken te zien, was nog geen vreemdeling vergund: het is mij dan ook niet mogelijk, iets van de inrichting van dit keizerlijk paleis, waar de Mikado, als in eene afzonderlijke wereld, zijne dagen doorbrengt, te zeggen. En somtijds is hem die afzondering nog niet volkomen genoeg.

Ontzettend wijd en hoog schijnt de kerk, achter leêg verlaten; de zijkapel eene kerk op zichzelve; de Paus niet te zien, vergeefs gezocht door binocles in weifelende handen voor reikhalzende gezichten. Op het altaar daarginds, ver, verweg, tegen de vaag schemerende martyre van den H. Erasmus aan, niets dan een kruis en, aan weêrszijden, drie kaarsen.

Op den achtergrond verheffen zich, statig en indrukwekkend, twee machtige vulkanen, de Gedeh en de Salak; aan deze reuzen sluit zich eene bergketen aan, wier schemerende lijnen zich aan den westelijken horizon verliezen.

Woord Van De Dag

vuistdreigend

Anderen Op Zoek