Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juni 2025
Zij vermocht ver in de wereld te zien, en zij zag haar stiefdochter, die vluchtte met haar liefste, Roland. »Dat zal je niet baten,« riep zij. »Al ben je ver weg, aan mij kun je niet ontkomen!« Zij trok haar mijlslaarzen aan, waarmee zij in één stap een uur verder was, en zoo had zij hen spoedig ingehaald.
Dit was het eerste groote wapenfeit van Ragusa, en die overwinning maakte zoo grooten indruk, dat zij allengs door de legende werd toegeschreven aan Roland, den wijd en zijd beroemden held der sagen van Karel den Groote. Ter eere van dien gewaanden Roland werd zelfs te Ragusa, op het groote plein, tusschen het paleis en de Douane, een kolossaal standbeeld in volle wapenrusting opgericht.
En dan trachtte hij het zwaard van Roland of de kroon van Karel den Grooten te verbeteren. Donna Emilia zag, dat hij de keizerskroon opnieuw verguld had, het was nu zeker wel voor de vijfde maal, dat hij dit deed. Plotseling had hij echter zijn werk neergelegd en was in gedachten verzonken. Hij had het zelf wel gevoeld, dat het hem niet aan verguldsel, maar aan een idee ontbrak.
Dit is waar: het was niet goed, dat Jeanne bij ons gouvernante was, dat deugde niets! Een minnarij met een gouvernante is iets triviaals! Maar welk een gouvernante was zij ook!" Daarbij herinnerde hij zich weer levendig de zwarte, guitachtige oogen en het betooverend glimlachje van mademoiselle Roland. "En zoo lang ze bij ons in huis was, heb ik mij toch ook niets veroorloofd!
De medewerking van enkele representatieve personen, met name van Mevrouw Henriëtte Roland Holst en van Herman Gorter, werd mij onthouden. Ik berust. Zelfs in het verbod van Gorter om wie had 't ooit gedacht! de redenen van zijn afwijzende beschikking te vermelden.
Toen zij nu verlost waren sprak Roland: »Nu zal ik naar mijn vader gaan om de bruiloft te bestellen.« »Dan zal ik hier blijven,« zei het meisje, »en op je wachten, en omdat niemand mij zal herkennen, zal ik de gedaante aannemen van een rooden steen.« Roland ging, en het meisje lag als een roode steen op het veld en wachtte op haar liefste.
Het wordt ter zijde gestaan in den lande, door een goed dozijn weekbladen, drie maandbladen, waaronder: »De proletarische Vrouw«, orgaan van de vrouwenvereeniging: de Sociaal-democratische Vrouwenclub, en een tijdschrift: »De Nieuwe Tijd«, dat de intellectueelen onder hen redigeeren: Van der Goes, Gorter en Mevrouw Henriette Roland Holst.
"Ja," antwoordde de huisheer, die hoe langer hoe meer op een razenden Roland begon te gelijken. "En als hij ook maar het geringste heeft meegenomen, dan jaag ik je weg, versta je, jaa
Mevrouw Roland Holst en Adama van Scheltema maken proletarische poëzie als zij waarlijk proletarisch voelen, niet denken. Maar van het oogenblik af dat men proletarisch denkt maakt men geen poëzie meer, omdat men dan denkt en niet leeft. Gorter heeft in de "School der Poëzie" geschreven van de burgerlijke kunst, waar hij uit wilde. Heel de "Nieuwe Gids" is volgens hem burgerlijk.
De afstand tusschen de vluchtelingen en de Mooren werd steeds kleiner, maar op het kritieke oogenblik herkende Melisenda het paard waarop zij reden als dat van Roland, en zij herinnerde zich, dat wanneer men zijn buikriem losmaakte, zijn borstharnas opende en de sporen in zijne zijden drukte, men hem zonder eenig gevaar voor de berijders over elke hindernis kon laten heenspringen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek