United States or Australia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zijne slechte gewoonten had Selim overigens nog wel niet gansch afgelegd; en Sir Thomas Roe, die als Engelsch gezant zijn hof bezocht, vond gelegenheid om hem in een dergelijken toestand te zien, als waarin Siddha hem op het nachtfeest in zijn paleis had aanschouwd; maar toch had hij geleerd zijne uitspattingen te beperken, en in elk geval was hij geenszins de onverbeterlijke dronkaard geworden, die hij eenmaal bestemd scheen in 't vervolg van zijn leven te zijn.

'Arme, arme weezen, nauwelijks is hun vader gestorven en nu ook nog de grootmoeder!" De Fransche gouverneur, zoo juist genoemd, liet bij Tolstoi eene herinnering achter van goed en kwaad dooreen gemengd. "Ik weet niet meer waarvoor," vertelt Tolstoi, "maar zonder dat ik het verdiend had, sloot St. Thomas mij eens op en dreigde mij met de roe.

"Nu, als 't knijpt en weer knijpt, mevrouw, geef mij dan eene roe, zooals 't hoort, en dan wil ik mijzelf daarmee kwispelen, als 't niet te erg zeer doet. Maar uwe doorluchtigheid mag vrij gelooven schoon 'k maar een boer ben, zoo is mijn huid toch even gevoelig als 't vel van den besten edelman, en mijzelf erg te pijnigen is volstrekt mijn plan niet."

Is het gras plaatselijk dood gegaan of leelijk geworden, wat vooral in stadstuinen licht kan gebeuren, dan moet men dat niet laten zitten, in afwachting of het mogelijk nog goed zal uitgroeien. Daartoe zijn de graszoden te goedkoop, en wanneer men er jaarlijks de hand aan houdt zal het zoo erg niet zijn, dat men niet aan een halve roê graszoden genoeg zou hebben.

Aan de muren van kraakheldere kalk gloeide ros en goud al 't koper in den zonneschijn, en boven het stalen fornuis hing in blauwig sneeuwblanke plooien het schoorsteenvalletje aan de glimmende roe.... Met 'r beetje kleeren soms nog op schoot, zat het kind al starende in een lang gepeins. "Net een hofjeskneu, net pietjelut met de lange lip," pruttelde, ongeduldig, de moeder 's avonds tegen Ant.

Dit besluit gevormd hebbende, begaf ik mij dadelijk op weg, wandelde de singels om naar de Haarlemmerpoort en kwam ongeveer tegen half zeven ure aan de Tweehonderd Roe; waar ik weldra vernam, dat de beide wedders te vijf uren precies waren afgereden, en dus, bijaldien er geen ongeluk had plaats gehad, welhaast moesten terug wezen.

De wiegeliedjes en knieliedjes besprak ik reeds in het Eerste Deel, bl. 219 vlg. Niet alleen rhythmisch zijn zij van belang, maar ook, omdat zij een bijzonder soort van kinderliedjes vertegenwoordigen, nl. in kindertoon gehouden volkspoëzie: in kindertoon, wat betreft tekst en melodie, zooals moge blijken uit het lieve eenvoudige Roe! roe! kind-je, hoe ben je toch zoo stout!

Kindermoord is bij hen, evenals bij de Indianen van Amerika, iets ongehoords, en even als dezen beantwoorden zij slechts met liefkozingen en vleierijen, zelfs den uitgelatensten moedwil dezer kleine zwarte kobolds, die nimmer met de heilzame roe kennis maken.

De man was de Driehonderd Roe al lang voorby, toen de vrouw de eerste keer vroeg "of 't niet waar was?" En nu? Nu, na alles wat er sedert dat gewichtig oogenblik plaats vond? Dat ik instaat ben op 't kleinste wereldkaartje de plek aantewyzen waar hy zich bevond, mag beschouwd worden als 'n billyk schryvers-prerogatief.

Gestorven zijn de boomen: één grafsteê, al van dampen en van doomen , ze bergen zal. God geve aan oud- en jongen nu roe' en rust: de lijkdienst is gezongen, en 't licht gebluscht. 2 Gestalte. 3 Pelder = lijkkleed. 4 Damp, nevel. Hoe zeere vallen ze af, de zieke zomerblâren; hoe zinken ze, altemaal, die eer zoo groene waren, te grondewaard!