Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juni 2025
In diepe gedachten reed hij vooruit, totdat eensklaps Rocinante met de voorpooten zoo dicht bij eene diepe steenkloof kwam, dat hij onwillekeurig een zijsprong deed en den edelen ridder uit zijne droomerijen opwekte. Deze hield zijn paard in, keek naar de kloof om en reed er zoo dicht bij, dat hij er in neerzien kon.
Met waarlijk verbazende vlugheid en behendigheid hieuw hij op de menschen in en 't scheen wel, dat Rocinante vleugels had gekregen, zoo licht en snel galoppeerde hij over het slagveld heen en weer. De mannen in de witte en zwarte kleederen toonden al zeer weinig hart in het lijf te hebben en gedroegen zich jammerlijk lafhartig.
Nu eindelijk zoo de hoofdzwarigheden overwonnen waren, nu zijne wapenrusting blank gepoetst, Rocinante gedoopt en hij zelf van een deftigen naam voorzien was, nu haperde er alleen nog maar aan, dat hij, gelijk alle dolende ridders vóór hem, naar eene schoone dame rondzag, tot wier eer en verheerlijking de te verrichten groote daden moesten bedreven worden.
Zoodra wij hem vinden, zal ik hem door mijne dapperheid dwingen, ons den kostelijken balsem af te staan." Onderwijl kwamen de beide deerlijk toegetakelde helden overeind en hielpen ook den armen Rocinante weer op de been.
Terstond daarna volgde ook zijn meester dit voorbeeld, niettegenstaande hij zich met veel kracht en vlugheid een tijdlang manmoedig verweerd had; en het toeval wilde, dat hij midden tusschen de beenen van zijn Rocinante neertuimelde, die daar nog altijd, door de vreeselijke slagen en trappen bedwelmd, als een blok neerlag en geen lid verroerde.
"Dat hoop ik!" zeide Sancho Panza, terwijl hij zijn ridder overeind en weer op Rocinante hielp, die bijna de ruggegraat had gebroken. Hierop vervolgden beiden hunne reis en richtten zich naar den bergpas van Lápice, waar Don Quichot, daar het eene druk bezochte plaats was, eene menigte avonturen hoopte te beleven.
Don Quichot steeg op, Sancho Panza leidde den ezel bij den halster, Rocinante bij den teugel, en de avontuurzoekende helden gingen langzaam op weg. Na korte wandeling kwamen zij aan eene herberg, welke de ridder terstond weer voor een adellijken burcht aanzag, terwijl zijn metgezel strijk en zet volhield, dat het een gewone kroeg was.
"Maar tob daar maar niet over, gestrenge heer; want 'k weet wel vast, dat de deugd en dapperheid bij slot van rekening over alle boosheid triomfeeren moeten." Don Quichot antwoordde hier niet op, maar besteeg weer zijn Rocinante en de schildknaap zijn grauwtje, en zoo sukkelden beiden den weg naar de wereldberoemde stad Saragossa op.
Toen hij nog stond te klagen en te lamenteeren, kwam Don Quichot met moeite weer overeind, onderzocht met de linkerhand den toestand van zijn mond, greep met de rechter Rocinante bij den teugel en sleepte zich voort naar zijn schildknaap, die nu bedrukt op zijn grauwtje stond te leunen en in diepe gedachten voor zich neerkeek.
Het was Don Quichot echter gedurende zijne ziekte door het hoofd gegaan, wie hij tot hiertoe voor jonkvrouwe Dulcinea had gehouden, zoodat deze voor hem een zuiver phantasiebeeld geworden was. Toen de dolende ridder en zijn wakkere schildknaap het open veld bereikt hadden, snoof en brieschte Rocinante luid en begon ook het grauwtje uit volle keel zijn welluidend Yah in de lucht te brullen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek