Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 mei 2025


De heldre maan bescheen de breede vlakte Waar langs de kronklende Ur al kabblend nederzakte, En strooide 't rimplend nat met zilvren loverglans, Het koeltjen ging door 't woud op 't huppelend groen ten dans, Of joeg met luchte vlerk de golfjens voor zich henen, En kuste Elpines wang en boezem onder 't weenen. Vergeefs!

Zoo wekt de wind, die in de blaadren fluistert, En rimplend 't meer en 't murmlend beekjen kust, Zoo wekt ook 't lied, dat 's dichters oor beluistert, Den God der Liefde uit lange winterrust..." De zanger zweeg, en zij die hem aanhoorde, en zich al digter en digter aan zijne zijde had gevleid, sprak niet, maar zag naar hem op met hare betooverende oogen, stralend ditmaal van een ongewonen gloed.

O! 't ruischen van het ranke riet! hoe dikwijls dikwijls zat ik niet nabij den stillen waterboord alleen en van geen mensch gestoord, en lonkte 't rimplend water na, en sloeg uw zwakke stafjes ga, en luisterde op het lieve lied, dat gij mij zongt, o ruischend riet!

Gelijk een schaduw grauw, schiet de forel, En schielijk, uit den zwarten nacht der steenen, En ijlt den bergstroom ver vooruit, verdwenen In ’t rimplend zonlicht, dat daar flikkert schel. En zie! ginds springt zij uit de klare wel, En glanst van zilver, door den dag beschenen, Doch plonst, dat vlokken spatten om haar henen, Terug, in ’t vlietend sneeuw, dat voortschiet snel.

'k Verbeeldde mij, Wij zaten hier, en open sprongen al De knoppen, bloem-omwikklend, van daarginds De' amandelboom, dien bliksem heeft verzengd, Toen snel van witte Scythische woestijn Een wind aanvlaagde, rimplend de Aard met vorst. Ik keek, al bloesems waren neergewaaid, Maar op elk blaadje stond verhalen zoo De blauwe hyacintheklokjes niet Apollo's daar geschreven leed? "Volg, volg!"

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek