Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juli 2025
Mariëtte sloot haar arm om haar heen en ze verlieten de schemerige zaal op de tipjes van hun teenen. Ernest Verlat bleef rechtstaan en staarde ze werktuigelijk na. Aan het zachte geprevel van pastoor Doening had hij met spannende angstigheid de schromelijke werkelijkheid getoetst. Bij de gedachte dat Vere in waarheid dood of stervende was, brak hem de moed om verder te denken.
En hij bleef rechtstaan in verzuchting, naast heur. Zij zag hem aan en voelde medelijden voor dien blooden jongen, en vroeg hem of hij niet moede was, zoo lang op zijne jonge beenen te staan.
Bella moest rechtstaan en iets laten hooren, en dan zou mevrouw Wilder en mijnheer Vrebos zelf oordeelen kunnen. Zing ereis van "Sur la rive solitaire".... Een danig oud ding toch niet, mama. Ho! maar dat vind ik juist zoo'n schoon stuk! Sur la rive solitaire, Loin de toi je désespère.... Het is fijne muziek, Bella.
Het was een vreemdeling, in wijden pelsen mantel. Hij groette korrekt. Pastoor Pezza vingerde het stof van zijne handen weg en boog rustig. Hij schoof een stoel bij en ging zelf in den zetel zitten, vóor de schrijftafel. De vreemdeling bleef rechtstaan. Mijn bezoek, mijnheer Pezza, zei hij, belangt mij zóo weinig dat ik het onnoodig acht u mijn naam te noemen.
"Die kunst noemen zij de Fernolgie . Later bedreven zij nogal leelijker dingen. Zij deden hoeden en tafels van zelf draaien en op één of twee pooten rechtstaan; zij deden er eenen geest inkomen en dwongen den zwarten man door geheimzinnig kloppen te laten hooren, dat hij tegenwoordig was. Ik was alsdan veel jonger, anders hadde ik het niet kunnen uitstaan.
Vermoedelijk ware hij, zelf zonder de beleefde uitnoodiging van zijn gastheer, niet lang blijven rechtstaan, want zijn moed was hem in de laarzen gezakt en zijne beenen waren vodderig geworden. Het was zichtbaar dat hij van al ontzag had afgezien. Rupert Sörge sprak: Het verwondert mij, Pacôme, dat uwe ingeboren lafheid u dees bezoek niet heeft afgeraden.
Mevrouw Verlat bleef lang te bed en, tot over den middag, in hare kamer. Zij kwam beneden als men haar pastoor Doening aanmeldde. Zwijgend drukte zij hem de hand en ging zitten, op hare eigenste plaats, onder de marmeren kap der schouw. Pastoor Doening merkte dadelijk hare groote neerslachtigheid en hij bleef vóor haar rechtstaan en toekijken en schuddebollen.
Een os om de kleinigheid te dragen! Mijnheer du Bessy was onder den woordenvloed ineengezakt. Zoo had hij Pacôme nooit gezien Hij. voelde zich laf en gekrenkt worden tot in het diepste van zijn wezen. Hij kon niet rechtstaan. Gij walgt mij! schreeuwde Pacôme. Ik veracht u evenzeer als ik mijn eigen veracht ....
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek