Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 juli 2025
De waard uit het Hert, die de paarden op stal had zien aankomen, maar door dezen niet genoeg inlichtingen had kunnen bekomen omtrent het gebeurde, maakte nu uit de verschillende kreten en uitroepen op, waarom de diligence niet was meêgekomen, en de vrolijke Kellner Jacques, die ieder der reizigers een glas kirschwasser opdrong om weêr wat bij te komen, verzocht al de passagiers geen rancune op de diligence te houden en familiaar in het hotel te blijven dineren.
»Neen, neen! gij hebt goed geraden, ik ben de eigen kwajongen, waarmee je zoo dikwijls gevochten hebt en die menigen stomp aan je te danken heeft en jij misschien wel eens een blauw oog of een neusjebloed aan mij! C'est égal! c'est de l'histoire ancienne, sans rancune. Daar lachen we nu om, niet waar? en 't herdenken er van is pret, na al het andere wat we doorleefd hebben, vindt je dat ook niet?
"Dat is waar!" sprak zij ras en levendig, "zoo'n man.... zou mij.... te veel op de anderen lijken om hem niet te minachten; maar nu blijkt het mij, dat gij nog rancune houdt van zekere weigering, doch als ik nu toestem, dat gij in uw recht waart, en dat ik deze correctie verdiend heb, zult gij dan ook niet erkennen, dat gij dat kleine vergrijp wel wat hoog opneemt?"
Ja, natuurlijk aan haar alleen; gansch alleen; want de majoor moet het herhalen: hij is zonder eenige rancune; maar bij zich zelven heeft hij gezworen, dat hij slechts op bepaald verzoek van de beminnelijke doktersvrouw zou kunnen besluiten om aan de kapiteinsfamilie het document te geven, 'twelk men zonder zijn hulp nimmer zou hebben gevonden.
Hij trachtte zelfs de anderen te overbluffen door al boven zijn bord-soep een schuine mop te vertellen. Maar dat ging niet hard op. Sam beduidde hem op zijn gewone manier van welopgevoeden grappenmaker dat men in Amsterdam zulke moppen pas bij de pousjes voordiende. De ander lachte luidruchtig, maar hield den heelen avond een soort van wantrouwende rancune tegen Sam.
Zij scheen een oogenblik te aarzelen of zij een anderen weg zou nemen, mogelijk wel omdat zij, in eene oude grijze sjaal gewikkeld en met een ongracieusen tuinhoed op, zich bewust was weer geen goed figuur te maken, mogelijk ook omdat zij mij nog rancune hield.
Dat was in 't eerst een beetje pijnlijk geweest, ze waren een poos wat stuursch en kort tegen elkaar gebleven en de een was den ander liefst uit den weg geloopen in een niet-te-verdedigen gevoel, een mengsel van schaamte en rancune, maar 't was of ze gelijkertijd beiden 't onnoodige en onzinnige van zoo'n ietwat vijandige houding hadden gevoeld; 't was ook immers niets geweest, wat geflirt en gedweep op wandelingen in lichte lentedagen, wat gespeel en gestoei in zoele zomeravonden en toen een kort afscheid en één enkele blik van aarzelende teederheid; 't was niets geweest, niets! dat hadden ze in-ééns allebei begrepen en toen waren ze goede vrinden geworden, vertrouwelijk en hartelijk en prettig-gewoon met elkaar en over vroeger spraken ze nooit meer.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek