Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 mei 2025


Door engelschen infloed zijn sommigen dezer oud-nederlandsche geslachtsnamen ook in hun voorkomen, form of spelling verengelscht; b. v. Van Buskirk, oorspronkelik zeker Van Buskerk, zoo niet Van Buschkerk of Van Boschkerk; De Young in plaats van De Jong, enz.

Marten en Felten zijn oud-nederlandsche formen van de volle kerkelike namen Martinus en Valentinus. En evenmin moeten de geslachtsnamen op ens verwisseld worden met anderen die ook den uitgang ens vertoonen, maar die toch tot de groep der eenvoudige genitiven op s behooren. Zy zijn afgeleid van mansvóórnamen in verkleinform.

Immers is juist de 15de en 16de eeu de tijd dat het zuivere Oud-friesch uitsterft, en door de friso-frankische en friso-saksische mengelspraken van Holland en noordwestelik Duitschland vervangen wordt. In dien tijd van overgang vinden wy den naam van eenen en den zelfden man nu eens op oud-friesche wyze als Ayolt Wibena, dan weer op oud-nederlandsche wyze als Ayolt Wyben geschreven.

Maar by de geslachtsnamen Groening, Huising, Uiling en Veering zou men wel geneigd zijn eerder aan de gemeen-zelfstandige naamwoorden groen, huis, uil, veêr te denken, dan aan mansvóórnamen. Toch schuilen ook in deze patronymika wel degelik oud-germaansche, dus ook oud-nederlandsche namen; namelik Grono of Gruno, Huso, Ulo en Faro, die men allen in Förstemann's Altdeutsches Namenbuch vinden kan.

B. v. in Bontgens, Fortgens, Heyntgens en Heintges, Lutgens, Seipgens, Wintgens, allen patronymika van verkleinformen van oud-nederlandsche mansvóórnamen. Heyntgens komt van Heintje, van Hein, Hendrik. Lutgens, met Lutjens, komt van den verkleinform des ouden mansnaams Lute, Lude, Lode, Hlude, Hlode, die in Friesland nog als Luut, Luit, in verkleinform Luutzen, Luitsen, in volle gebruik is.

Die van den geslachtsnaam Serruis, welke naam ook als Serruys, Seruis en Serruus voorkomt, is nog minder zeker. Ruisch is wel een oud-nederlandsche mansvóórnaam, die in de 14de, 15de en 16de eeu te Amsterdam in gebruik was.

Zulke voorbeelden kunnen by honderden aangebracht worden door iedereen die de geschiedenis onzer oud-nederlandsche steden doorvorscht. Uit het overgroote aantal van hedendaagsche nederlandsche geslachtsnamen, die oorspronkelik bynamen zijn aan huisnamen ontleend, kunnen hier slechts weinigen van de byzondersten vermeld worden. Het zijn de volgenden: In de Sleutele.

Bakker, Backer, De Bakker, De Backer, in verlatynschten form Bakkerus, en als patronymikon Bakkers. Sommige oude Nederlanders zeiden ook baken en baker met opene a, in plaats van het hedendaagsche bakken en bakker. Het Engelsch heeft nog heden ten dage dit woord als baker. Die oud-nederlandsche form leeft nog in de geslachtsnamen Baker, De Baker en De Baecker, met Baekers als patronymikon.

Batavia bestaat uit de oude stad, door onze voorouders regelmatig aangelegd naar het model eener oud-Nederlandsche, met straten en grachten en marktplaatsen, en de nieuwe, zijnde een aantal groepen prachtige villa's en doelmatige woonhuizen, omgeven door tuinen en voorzien van al wat het leven in die luchtstreek kan veraangenamen.

Freerk, van Freerkszen, is de oud-nederlandsche verkorting van Frederik, die tegenwoordig in Holland door den hoogduitschen form Frits verdrongen is, maar in Friesland nog dikwijls voorkomt.

Woord Van De Dag

vuistdreigend

Anderen Op Zoek