Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 mei 2025
Was het een wraakachtig verlangen den vijandelijken vlieger als een gekwetste vogel te zien neer tuimelen uit dien blauwen hemel? Was het misschien wel onverschilligheid voor alle werkelijk gevaar waar toch niets meer tegen te doen valt? Was het een onbewust vertrouwen dat ons uur nog niet gekomen was?
Maar juist omdat hij dit weet, had hij het niet moeten doen!" Wat had hij dan eigenlijk gedaan? Hij had haar koel en streng aangezien. Dat was wel niet iets bepaalds, iets tastbaars, maar vroeger was het niet zoo geweest, en deze blik scheen haar de voorbode van een nieuwen tijd van koelheid en onverschilligheid.
Dat de liefde in het huwelijk dikwijls wegblijft en er in de plaats daarvan eene slaafsche berusting of eene moedelooze onverschilligheid intreedt, daaraan wordt verder niet veel aandacht gewijd, het meisje is nu verzorgd. Zóó wordt het huwelijk maar al te dikwijls beschouwd.
Niet vreemd, dat dit altijd herboren gevaar, die als het ware onbewuste heldenmoed, die zekere mate van onverschilligheid tegenover het onontkoombaar noodlot, in het eind een geslacht hebben gevormd en geteeld, tegen alle beproevingen gehard, in het vuur gelouterd en gestaald, en voor niets terugdeinzende in het stille besef van rustige, onverwinbare kracht.
Zij liepen de tuilen voorbij met de geveinsde onverschilligheid van menschen die, gekrenkt in hunne ijdelheid, zich niet verwaardigen daaromtrent een oordeel uit te spreken, en het gezelschap werd er niet killiger om, maar banger.
"Daar hebt gij het, De Bracy," zei Front-de-Boeuf, zeer tevreden over het trotsche antwoord, dat zijn makker ontvangen had; "de Sakser heeft u geraakt." "Dat staat een gevangene vrij," zei De Bracy, met schijnbare onverschilligheid; "want hij, wiens handen gebonden zijn, moet ten minste zijn tong kunnen roeren.
Nooit behandelde Ernest haar met ruwheid; maar de zachte vormen, waarmede hij zijne verhoudingen tot haar aankleedde, waren meer de uiterlijke teekens van eene verstandige onverschilligheid, dan de kiesche tooisels van eene aandachtige liefde. Zij begreep dat niet ganschelijk. Het spookte in haar, en versnipperde zich gelijk lichte flarden in een angstigen wind.
"Veel geluk er mede!" "Ik heb hem lief, omdat hij in alles het tegenbeeld is van u." "Ik gun hem uwe liefde. De genegenheid van lichtekooijen heeft nooit veel aantrekkelijkheid voor mij gehad." "En ik kan mij levendig voorstellen, dat de onverschilligheid wederkeerig geweest is." "In uwen mond is dat antwoord voegzaam. Zult gij opstaan?" "Ja, indien gij mij zegt waar André is."
Het kan dus niet verwonderen, dat de lagere volksklasse, het voorbeeld volgend van de geestelijken, er haar leemen hutten bouwde en de heilige plaatsen op alle mogelijke manieren ontwijdde, zoodat deze ten slotte nog voor een deel gespaard zijn gebleven door de vuilheid en de onverschilligheid der bewoners.
Maar opperbevelhebber Voutcha wendde onverschilligheid voor, troostte zijn geliefde schoondochter en beloofde haar, dat hij hem even gemakkelijk gevangen zou nemen, als hij het reeds de drie ridders had gedaan, die in zijn kerkers lagen. Voutcha riep zijn zoon en beval hem drie honderd ruiters te roepen, en den overmoedige onmiddellijk te grijpen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek