Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 mei 2025
Over veertien dagen zou de onmeedoogende woekeraar de ongelukkigen uit de herberg van Dal verjaagd hebben, als de schuld niet door den afstand van het loterijbriefje ware gedelgd geworden.
Een priester hield evenwel zijnen arm terug en smeekte, met tranen in de oogen, om genade voor den ongelukkigen ridder; en, toen hij op het wraakzuchtig antwoord van Burchard wel merkte dat het leven van den hofbottelier niet te redden was, verzocht hij den moordenaar toch niet langer aldus de kapelle met bloed te besmetten en het huis Gods te ontheiligen.
"Mijn eigen meening is, dat wij dit onderzoek moeten voortzetten, want wij hebben reeds zooveel tijd verloren, dat wij geen uur meer hebben te verliezen. Aan den anderen kant zijn wij verplicht de politie in kennis te stellen met onze ontdekking en te zorgen, dat het lijk van dezen ongelukkigen man naar elders wordt overgebracht." "Kan ik niet even een boodschap wegbrengen?"
De hut herbergt in het geheel negen personen, waarvan vijf kinderen. Een enkele der ongelukkigen ziet er wezenlijk bedroefd uit. Het is een man, wiens vrouw is gestorven, niet bij de ramp, maar twee dagen te voren aan een ziekte.
Van mijn familie zou ik voor troost niets als condoleanties hebben gekregen. Wat moest ik doen in dien ongelukkigen toestand? Voor een jonge weduwe was dat een moeilijke zaak. Ik had een zeer goede opvoeding gehad en om mijn goeden naam te bewaren, werd ik actrice.
De minne was ontroostbaar over den ongelukkigen toestand, waarin zij en de kinderen zich bevonden.
Ik voelde hem den pols; deze was tusschenpoozend, het uiteinde zijner ledematen werd reeds koud, en ik zag dat de dood naderde, zonder dat het mogelijk was er iets tegen te doen. Toen ik den ongelukkigen verbonden en goed gelegd had, keerde ik mij naar den kapitein. "Hoe is deze wond toegebracht?" vroeg ik hem. "Wat doet dat er toe?" was zijn ontwijkend antwoord.
Terwijl men elkaar waarschuwt en zich verzamelt in het gehucht dat het dichtst bij den Dnieper gelegen was, komen duizenden kozakken tusschen de boomen te voorschijn en omsingelen dezen ongelukkigen troep met hun lansen en kanonnen. Het was Platof met zijn geheele bende, die den oever van den Dnieper volgden.
De gevangen vorst begon luidkeels te lachen, en toen de soldaten hem naar de reden zijner vroolijkheid vroegen, die zoo weinig strookte met den ongelukkigen toestand waarin hij verkeerde, antwoordde hij hun: "Dezen morgen nog beklaagde zich de intendant van mijn huis, dat driehonderd kameelen niet voldoende waren om den voorraad mijner mondbehoeften te vervoeren.
De bedrukte moeder, viel weenend in de armen van haren zoon en kon, uit overgroote droefheid, geen enkel woord spreken; tusschen hare tranen streelde zij met dolle drift haren armen Quinten, die zijn hoofd op de borst zijner moeder had verborgen. Hoe grooter, hoe ondraaglijker de rampen dezer ongelukkigen waren, hoe levendiger hunne liefde scheen te worden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek