Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 juli 2025


Zy antwoordden hem, hem luidkeels uitlachende, dat zy niets van hem verwagtten; zy behandelden hem als een half uitgehongerden Franschman, die uit zyn land gevlucht was: zy verzekerden hem, dat, indien hy moeds genoeg had, om hun een bezoek te geven, zy hem geen kwaad doen, maar goed onthaalen zouden: tot ons zeiden zy, dat zy ons beklagenswaardiger oordeelden, dan hun zelven; dat wy blanke slaven waren, die voor vier stuivers daags gehuurd wierden, om ons te laten doodslaan, of om van honger te sterven; dat zy ons te veel verachtten, om hun kruid op ons te verschieten; maar dat indien de Planters, of hunne Opzichters, zig in de bosschen dorsten begeven, 'er geen enkele weder uit zoude komen; dat de verraderlyke Jagers een gelyk lot te wagten hadden, en dat zy dien dag, of daags daar aan, 'er een goed getal van zouden om hals brengen.

Onder de geenen, die overbleven, werden 'er egter twee gevonden, die moeds genoeg hadden een huwelyk te wagen, en ieder met eene Creoolsche weduwe trouwden.

Wy waren op het punt, om het gehucht der muitelingen in te rukken, toen één van hunne Capitains, een hoed met een goude lis op het hoofd dragende, en een brandende toorts in de hand houdende, hun onvermydelyk verlies voor oogen ziende, moeds genoeg had, om zig aldaar te blyven ophouden, en het gehucht in ons gezicht in brand te steken.

Echter heb ik gezien, dat hy voor een mensch bang was, zoo lang dezelve handen en voeten bewoog, maar ook langer niet. Zommige Negers hebben moeds genoeg gehad, om hem in zyn eigen element aan te tasten en te overwinnen, in weerwil van zyne ongemeene sterkte en woede, die by deeze gelegenheid door zynen onverzadelyken lust tot menschen-vleesch nog merkelyk vergroot word.

Reeds hadden zij Slooten ingenomen, toen zij in gevecht geraakten met de talrijker oude benden van ROBLES, waarbij HARTMAN de regterarm aan stukken werd geschoten, hoewel hij moeds genoeg had, om, zonder eenig blijk van pijn te geven, het vaandel met de linkerhand aan te vatten en de zijnen kloekmoedig tot den strijd te blijven aanvoeren . Vier broeders uit het geslacht VAN EYSINGA muntten door liefde voor vrijheid en godsdienst uit, en getroostten zich daarvoor groote opofferingen en ballingschap.

Toen hij omtrent de echtheid zijner geboorte bedenkingen had hooren opperen, was hij in den wil geweest, zich aan den onbeschaamden lasteraar te vertoonen en hem eens heftig door te halen; doch de vrees had hem teruggehouden: schoon moeds genoeg bezittende, achtte hij het geen gelijk spel om zich te wagen tegen Teun Wezer, een forschen, ruwen knaap, die niets te verliezen had, dadelijk met het mes gereed was en hem bovendien een kwaad hart toedroeg; den page betrouwde hij zoo weinig, dat hij niet wist, of hij hem als vriend of vijand beschouwen moest, en van dezen kant wachtte hij dus geen bijstand.

Toen ik zooeven uw lief dochtertje hoorde nedervallen, en hem een akelig gegil aanheffen, schoot ik ter hulp toe, en de knaap zag mij waarschijnlijk voor een bietebauw aan, die hem over zijn koppigheid straffen kwam. Is het niet zoo mijn jongen?" Joan richtte zich half op, knikte hem een toestemmend antwoord toe en vatte moeds genoeg om de gelijkenis van den ouden grootoom aan te staren.

"Helaas! wij zullen geen aalmoezen meer van u ontvangen;" waarop de ongelukkige de Cagnon de fluweelen muilen, die men haar nog gelaten had, van hare voeten nam, en die den armen toewierp, zeggende: "Ja, gij zult 'er nog ontvangen;" en men had geen moeds genoeg om deze ongelukkige aan de klaauwen van hare beulen te ontrukken.

Laat gij u door een Fries uit het veld slaan? en is er niemand, die moeds genoeg heeft, de eer van uw Graaf op te houden?" "Bij mijn ziel! ik bedenk daar iets!" riep een der jonge edellieden uit: "laat ons naar de Sint-Jans-Heeren gaan; daar zijn zeker wapenen te vinden." En allen, zich verwonderende dien inval ook niet te hebben gehad, volgden hun metgezel naar het klooster in de Jansstraat.

Die oogen stralend van genegenheid tot u, dat voorhoofd waarop de mismoed nog geene rimpelen heeft gegraven, die mond u toelachend van dankbaarheid, zullen zij u niet meer verheugen dan het grimmig doodshoofd, waarop gij jaren lang hebt gestaard? Ach, aanvaard het leven, dat u overblijft. De bloemen des moeds en der blijheid zullen voor uwe voeten ontschieten bij elken stap.

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek