United States or Italy ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hoe nu de gebroeders Melvill op dat pedante wezen verzot hadden kunnen worden, en wel zoodanig, dat zij er aan dachten hunnen neef er van te maken, is onmogelijk te verklaren. Hoe was het hem toch gelukt, die waardige zestigjarige grijsaards te behagen? Misschien wel alleen door de eerste te zijn, die omtrent hunne nicht huwelijksneigingen had laten blijken.

Zij waren de broeders van hare moeder, die, nadat zij na een kortstondig huwelijksgeluk van slechts een jaar, weduwe geworden was, door een snelverloopende ziekte in het graf gesleept werd. Sam en Sib Melvill bleven dus alleen op de wereld als verzorgers van het kleine weeskind. Door dezelfde verteedering verbonden, leefden zij voort, dachten aan en droomden over niets anders dan het jonge meisje.

Maar middelerwijl dat daartoe beslist zoude worden, was men met behulp van juffrouw Bess en van Partridge zoo gemakkelijk mogelijk ingericht bij baas Mac Fyne. Later zou men verder zien. Daags na hunne aankomst te Oban verlieten de gebroeders Melvill des morgens ten negen uur het Caledonian Hotel, dat op den zeeoever bijna tegenover het staketsel gelegen is.

Juffrouw Bess en Partridge gevoelden zich alsof zij in den loop der tijden een eeuw terug gevoerd waren en achtten zich gelukkig, alsof zij ten tijde hunner voorouders geleefd hadden. Broeder Sam en broeder Sib ontvingen met een genadig goedkeuren en met een blijkbaar genoegen de heerlijke gerechten, die vroeger bij de familie Melvill in eere waren.

Men kon nog over het eiland wandelen en den voet der basaltrotsen, waarop het rust, rondom volgen. Het eerste verlangen, dat miss Campbell te kennen gaf, was met hare ooms, de gebroeders Melvill, evenwel onder geleidde van Olivier Sinclair, de grot van Fingal te bezoeken. De toeristen, die van den kant van Jona aankomen, doen dit gewoonlijk met de sloepen van de stoomboot van Oban.

De gebroeders Melvill keken elkander aan, zonder er iets van te begrijpen. Broeder Sam nam het oogenblik waar, dat Miss Campbell op een grooten Gothischen armstoel, die bij het venster stond, plaats nam, om te vragen: »Wat wil zij met dien Groenen Straal zeggen?" »En waarom wil zij dien straal zien?" vroeg broeder Sib. Waarom? Men zal het vernemen.

Olivier Sinclair sprak die woorden zoo welgemoed uit, dat de gebroeders Melvill hem gaarne dadelijk de hand zouden gereikt hebben, wanneer dat zoo zonder voorafgaande plichtpleging had kunnen geschieden. Nu meenden zij verplicht te zijn de een aan den anderen voor te stellen, zoo als dat onder fatsoenlijke lieden betaamt. »Mijnheer Samuel Melvill," zei de een.

Wij moeten evenwel de zon zien ondergaan op zee, wanneer zij achter de wateroppervlakte verdwijnt. Mijn oompjes zijn dus gehouden mij in den kortst mogelijken tijd voor zoo'n zeegezicht te brengen!" Met haar allerliefsten glimlach op de lippen sprak miss Campbell, evenwel zoo ernstig, dat de gebroeders Melvill aan een zoo te berde gebrachte vordering geen weerstand kon bieden.

Miss Campbell zat overgelukkig met den niet minder gelukkigen Olivier Sinclair en de gebroeders Melvill, die zich ook al vroolijk en tevreden gevoelden in het rijtuig, dat hen over den schilderachtigen weg naar Glachan voerde.

Het is onnoodig te zeggen, dat het jonge meisje geen enkel oogenblik naar dat geleerd gewauwel luisterde. En dat liet zij zoo nadrukkelijk merken, dat de gebroeders Melvill niet wisten, welke houding zij gedurende die ontijdige verhandeling zouden aannemen! Ja! miss Campbell bracht den jeugdigen geleerde in den letterlijken zin des woords van zijn stuk.