Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 12 juli 2025


De oorsprong van den afwykenden form dezer vadersnamen is te zoeken in de gewoonte, welke sommige nederlandsche schryvers in vorige eeuen hadden, om den tweeden naamval van mansvóórnamen aldus te spellen. Eene gewoonte die in taalkundig opzicht wel verkeerd was, maar waar de eigenaardige uitspraak der volkstaal in sommige landstreken aanleiding toe gaf gelijk zulks ook nog heden het geval is.

Bollinckx, Bruyninckx, Cnapelinckx, Daggelinckx, enz. Ook deze patronymikale geslachtsnamen zijn natuurlik allen weêr aan mansvóórnamen ontleend. Het zuidnederlandsche Bruyninckx verschilt slechts in spelling van het noordnederlandsche Bruinings, maar komt er in oorsprong en beteekenis volkomen mede overeen.

Van daar dat mansvóórnamen, die bepaaldelik in de friesche en saksische streken van ons land in zwang zijn of waren, ook niet als wortelnamen van deze geslachtsnamen voorkomen. Maar integendeel zijn dat juist zulke mansnamen als bepaaldelik in Holland en Zeeland gebruikelik zijn. Met ééne uitzondering Jarigse, een geslachtsnaam die aan den frieschen mansvóórnaam Jarich ontleend is.

De beide eerstgenoemde namen verraden door hunne spelling hunnen hoogen ouderdom. En ook de laatste naam, al komt hy nu in nieuerwetsche spelling voor, is van oude dagteekening. Immers een goudsmid te Utrecht, ten jare 1362, droeg reeds den naam van Elya Scerpswert. Hamer en Hammer kunnen zoo wel oorspronkelik mansvóórnamen zijn, als huisnamen.

Even als met Grim, zoo is het ook met de geslachtsnamen Snel en Wakker en Wacker. Beide deze namen kunnen oorspronkelik bynamen zijn, en wel de bekende byvoegelike naamwoorden snel en wakker. Maar het kunnen ook evenzeer de oud-germaansche mansvóórnamen Snel en Wakker zijn. Aangaande deze oude mansvóórnamen, en de geslachtsnamen met de plaatsnamen daar van afgeleid, zie men bl. 47 en bl. 133.

Over de beteekenis van dezen naam zie men het tijdschrift De Navorscher, XXXIII, 283. Vele bybelsche mansvóórnamen, by de nederlandsche Joden als geslachtsnamen in gebruik, b.v. Emmanuel, Boas, Eleazar enz.

Al deze patronymika zijn weêr van oud-germaansche mansvóórnamen ontleend. By de namen Olde-Bronninge, Ny-Hoving, Olden-Huising zoude men misschien wel aan eene oude bron of put, aan een nieu hof of een oud huis denken. Toch schuilen ook in deze namen echte mansvóórnamen. Huising van Huso is op bl. 29 en 30 reeds besproken.

Nog veel meer boekstaafden zy hunne eigennamen alzoo, en die oude spelling vinden wy nog in sommige hedendaagsche geslachtsnamen terug. Hier dienen eenige maagschapsnamen, in nieuen patronymikalen form, welke die vreemde letter behouden hebben, vermeld te worden. Het zijn mansvóórnamen die op zich zelven eene k tot eindletter hebben; b. v. Hendrik, Dirk.

Dit werk is verdeeld in vier hoofd-afdeelingen. Deze bevatten: I. De geslachtsnamen die ontleend zijn aan mansvóórnamen. Het zijn de zoogenoemde vadersnamen of patronymika. Van § 4 tot § 66. II. De maagschapsnamen van aardrijkskundigen oorsprong.

In de formen Luurd, Luyert, Luyer komen deze namen nog eene enkele maal in de friesche, vooral friso-saksische gewesten als mansvóórnamen voor. De maagschapsnamen Luurtsema en Luursema zijn nu slechts in Groningerland inheemsch, maar hadden oudtijds hunne tegenhangers in de namen der nu uitgestorvene geslachten Luyrtsma in Friesland bewesten Lauers, Lyursna in Friesland beoosten Eems.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek