Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 mei 2025
Aanvaart dit eereloover, u geschonken door uwe medeburgers; maar geheugt terzelfder tijd dat een Belg, een Vlaming, een man in zijnen eigen boezem het schoonste loon zijner daden vindt; dat wie strijder en lijder wil zijn voor onze heilige zaak, zijne macht en zijn loon moet putten in de overtuiging, dat hij zijne plichten kwijt jegens volksbestaan, jegens moedertaal en jegens vaderland!
Zijne vrienden pasten hem wel met alle zorg op en lieten een dokter komen; doch de middelen, die deze voorschreef, misten de gewenschte uitwerking, en de toestand van den lijder verergerde van dag tot dag, zoodat de dokter zijn naderend einde voorspelde.
Spoedig echter sliep hij weder in, en de nachtmerrie, welke hem nu plaagde, was van nog erger natuur dan de vorige. Thans lag hij achterover in de breede gracht der stad Tiel, en op zijn borst zat de eerzame Klaas Meinertz te paard, die hem met de knieën de ademhaling belette, terwijl Teun Wezer, de veerman aan de Waal, den armen lijder met een schuitriem op het hoofd sloeg.
Een rijke Engelschman lag te bedde met een hevigen aanval van de jicht, toen zijn kamerdienaar hem iemand kwam aandienen, die een onfeilbaar middel tegen die kwaal beweerde te hebben. "Is die wonderdokter te voet of met rijtuig gekomen?" vroeg de lijder. Het antwoord was: "te voet."
'k Gevoelde me als een held nu ik na al dat zeevaren bemerkte onverschillig te zijn geworden voor die gevreesde ziekte en aan de goede tafel mee-at met hen, die ik vroeger, als lijder onder die omstandigheden, altijd in stilte had benijd.
"Waar ben ik?" riep Pols, zijne oogen openende. "Op den grooten St. Bernard," antwoordde de Duitscher. "Digt bij het klooster," voegde de gids er bij. "Zie maar voort te gaan. Wij zullen u ondersteunen" "Ik kan niet meer," zei de lijder met eene flaauwe stem. "Nog maar een klein endje," voegde Torteltak hem toe, zelf meer in hoop, dan in dadelijk geloof sprekende.
Maar hoor, daar klinkt van het leger des grijsaards naam. Onwillekeurig huivert de oude. "Wat wil je baas Tink?" zegt hij zacht met een bevende stem. De lijder vermag zijne oogen niet tot den bezoeker op te slaan, maar drukt de hand op het brandende hoofd, en slaakt een pijnlijken zucht. "Kan ik je.... van dienst zijn?" herneemt de oude: "God weet.... ik doe het gaarne."
Waar de weêrstand ziekelijk verhoogd wordt, ontstaat overvoeding van het hart; en kondet gij van het thans onstuimig kloppende hart de spierwanden in een oogenblik tijds tot de normale dikte terugbrengen, gij zoudt den lijder onfeilbaar op staanden voet zien bezwijken.
Nadat Charmion den lijder op zijn wensch een teug wijn had gegeven, vond hij de kracht om, in plaats van enkel te jammeren en te klagen, geregeld te spreken.
Medelijdend hield zij den zachtkreunenden lijder haar batisten zakdoekje onder den neus, totdat de dokter op bevelenden toon zei: „Komaan! kleed u nu maar eens uit.” Toen nam zij de vlucht, en terwijl zij beproefde te blozen, wierp zij een vernietigenden blik op den aesculaap, als wilde zij zeggen: „Zulk een woord in mijn bijzijn...? Foei, mijnheer, foei!”
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek