United States or Afghanistan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Haar peetoom, de schrijnwerker Reuss, de oude Reuss, niet de jonge, had haar ledekant uit hetzelfde stuk hout gemaakt, waaruit hij hare doodkist voor haar had moeten maken; zij had het garen voor het bekleedsel zelve besponnen; meester Stohl had het geweven, "tamelijk goed," zei ze, "maar elke baan twee vingerbreed te smal, en dat is eene domheid, want ik ben een min of meer volkomen vrouwspersoon, en dat moest hij weten."

Uwe vrouw weet dat gij hier onder christenmenschen zijt; gij zult van nacht in mijn ledekant slapen, ik zal er schoone lakens opleggen, en dan slaap ik bij het kamermeisje, juffrouw Stahl, kom!" Dit zeggende gaat zij de kamer uit, en niet lang daarna komt zij weder binnen en legt schoone lakens op het bed en vraagt weder: "Mijnheer Droi, zijt gij ook bang?"

Hij sloop dus zachtjes naar buiten op de gang en, ja, waarlijk! daar brandde ook de lamp nog. Hij stak zijne kaars aan, ging terug, hield het licht in de hoogte, en zag iets boven op het ledekant liggen, en riep: "Ah, canaille!" Hij klom tegen het ledekant op, maar kon er toch niet bijkomen.

Het ledekant, met zijne gebeeldhouwde witte en vergulde kolommen, staat daar nog in den hoek, en daarbij een paar antieke fauteuils, met heerlijk schoone gebloemde stof bekleed; terwijl boven den schoorsteen het portret prijkt van een kardinaal van Fürstenberg, wiens vriendelijk gelaat schijnt neer te blikken op al deze pracht en weelde, en op dat rustbed, waarop thans geen vorst meer zijne vermoeide ledematen uitstrekt.

De kamer was half duister door de dicht gehouden stores; in de schaduw van den baldakijn, die over het ledekant oprees met draperieën van een oud-blauw brokaat, lag Cecile te slapen. Haar peignoir was open op de borst, de sleep slierde van het bed af, verkreukeld over het tapijt; over het kussen lagen heure haren; hare eene hand hield zich krampachtig in de tulle ondergordijnen vast.

Hij trok het bed in den eenen hoek: daar was het toch te voren droog geweest; hij trok het in den anderen hoek: daar was het toch ook droog geweest, en zoo scharrelde hij den ganschen langen nacht met het ledekant door de kamer rond, zachtjes, heel zachtjes; maar, waar hij heenkwam, daar lekte het ook.

Het ledekant, met zijne gebeeldhouwde witte en vergulde kolommen, staat daar nog in den hoek, en daarbij een paar antieke fauteuils, met heerlijk schoone gebloemde stof bekleed; terwijl boven den schoorsteen het portret prijkt van een kardinaal van Fürstenberg, wiens vriendelijk gelaat schijnt neer te blikken op al deze pracht en weelde, en op dat rustbed, waarop thans geen vorst meer zijne vermoeide ledematen uitstrekt.

Zijne lamp stond dan op zijn bedtafeltje te branden, en de boeken van den dag werden 's nachts in pace door hem in zijn ruim ledekant gelezen, totdat hij zijne derde cigaar in rook en asch gemetamorphoseerd had.

Het was wel overdaad voor een zuinig huishouden, die gloed van gas, maar enfin, ze kwamen toch maar eens voor den eersten keer in huis, die kinderen! Het ledekant was opgemaakt; kleine benoodigdheden lagen op de waschtafel en op het toilet; het leven begon er reeds te komen. Morgen, morgen zou alles leven in het kleine huisje, als doortrild van den adem eener jonge liefde!