Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 9 juli 2025


Eindelijk kneep zij den vogel dood, plukte hem eenige vederen uit, maar wierp het lichaam weg, na het vleesch geproefd te hebben door er in te bijten. Als zij een rauw ei kreeg, maakte zij met de tanden een gat in de schaal en zoog den inhoud gretig op. Men had haar geleerd bij het eten een lepel en een vork te gebruiken.

Men legt een stuk boter in de koekepan, doet er een lepel meel bij en roert het tot het gaar is; het wordt gebruikt om bij het opdoen in soep of ragout te roeren, ten einde ze te binden. Het meel moet goed gaar, maar volstrekt niet aangebrand zijn. Het wasschen van boter.

Water drinken de Honden veel en dikwijls; zij scheppen het met de tong op, die voor dit doel bij wijze van een lepel gekromd wordt met eenigszins naar voren gebogen spits; water is volstrekt noodig om ze volkomen gezond te doen blijven. De Hond is een uitmuntend looper en zwemmer, en kan zelfs een weinig klimmen; hij zal echter licht duizelig worden, als hij langs een steilen afgrond gaat.

Het arme kind kreeg een kleur, maar zij hield zich goed en at stil door, met hare oogen naar beneden geslagen. Juist toen ze weer een lepel vol soep aan den mond bracht, legde hare tante hare linkerhand op de hare. "Let er op, hoe Cilly eet," zei ze zacht.

Groote Goden! hij neemt een lepel, steekt dien in ’t pannetje en .... heusch! hij proeft van

Het diner was in alle opzichten een »dienstdiner." De commandant praatte veel, de officieren heel weinig, de adelborsten in 't geheel niet; maar wat de behandeling van lepel en vork, en het ledigen der wijnglazen, voor zoover zij althans gevuld werden, betrof, heerschte de grootste levendigheid in omgekeerde volgorde.

Boterspritsen. 1 o. boter laat men in 2 o. water koken, strooit er dan 2 o. bloem in, en roert het op het vuur tot het van de pan loslaat. Dan neemt men het af, en roert door de warme massa 1 ei, 1 lepel suiker en een halve geraspte citroenschil; men laat het bekoelen en voegt er dan nog 4 eijeren bij.

Men bakt dit deeg met boter op eene zijde langzaam, volgens No. 6, belegt het dan hier en daar met een stukje vruchtengelei, slaat het dubbeld en bestrooit het met suiker. Anijskoek. 6 1/2 lood geraspt wittebrood, evenveel gestooten beschuit, 1 opgehoopten lepel bloem, 1 lepel anijszaad, wat zout en 3 eijerdoijers beslaat men met 4 1/2 m. melk, en roert het afzonderlijk geklopte wit er door.

Eendvogels worden gebraden en warm aan stukken gesneden. Dan legt men ze in een schotel met den jus, benevens het sap van een citroen; de geraspte schil, 2 lepels rooden wijn, 1 lepel Genuaolie, wat peper, zout en notemuskaat.

Paling in saus. De mooten worden eenige uren in zout gezet en weder afgespoeld. Voor 2. p. paling neemt men 1 lepel meel, dat men fruit in 6 1/2 l. boter; hierbij voegt men bouillon, citroenschijven zonder schil, 1 laurierblad en wat madera of witten wijn.

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek